1. Architectuur
Goede schoolarchitectuur is architectuur die ondersteunt wat in de school gebeurt In D.S. 16.5.91 las ik dat "Goede schoolarchitectuur is architectuur die ondersteunt wat in de school gebeurt". Dit is onvoldoende. Zij dient mogelijk te maken wat in de school moet gebeuren. Men bouwt nog steeds de scholen van het type 1800 : het bord vast vooraan, ramen links van de leerling (want ze zouden allen rechts schrijven !?) en de deur rechts van de leerling. Met de evolutie van de leerprocessen naar doe-onderwijs (bewegen, spreken, ...) en het didactisch materieel naar het audiovisuele werd nauwelijks rekening gehouden. De oude vrouwtjes (type 1800) werden enkel in een nieuw kleedje gestoken. De audiovisuele klas is rond of acht (tot zes)hoekig. In de audiovisuele doe-klas is de natuurlijke lichtinbreng ook boven, de borden (interactief) zijn mobiel en het meubilair is licht en verplaatsbaar. Het kunstlicht houdt rekening met het audiovisuele d.w.z. achtergrond, volle licht en dimlicht. Bovendien is de akoestiek primordiaal want de luisterklas is al lang spreek (dialoog-communicatie)-klas geworden. Een modelplan ligt klaar, maar wie betaalt ?
2. Diploma’s
In De Standaard van 30.3.92 lazen wij een vrij goed artikel over de problematiek van volwassenenvorming. Ik kan mij bijna volledig aansluiten bij het artikel van Guy Tegenbos (enkele drukfouten uitgezonderd). Hij heeft het ook over de werkaanbiedingen in de zaterdagkrant. Hier mag men mijns inziens de waarde die gehecht wordt aan een diploma niet overschatten. De bedoeling van de adverteerders is een eerste selectie te maken. Indien het tot een confrontatie komt vraagt men naar vaardigheden en attitudes in vooral TALEN. Het kunnen omgaan met enkele basisprogramma's op de computer behoort stilaan ook tot de vereisten (tekstverwerker, database en electronisch rekenblad). Dat het hoog tijd is om orde te scheppen in de wildgroei van de opleidingen zal niemand betwisten. Just do it !
Diploma's 30 maart 1992
3. Nederlands
Tienduizend niet hooggeschoolden leren Nederlands. In D.S. van 17.11.92 lazen wij in het artikel "Tienduizend niet hooggeschoolden leren Nederlands" dat in een nota van het Koninklijk Kommissariaat van het Migrantenbeleid stond dat het aanbod vermoedelijk niet altijd doeltreffend zou zijn. In de sector sociale promotie bleek het tegendeel en is naar ons weten geen studie gebeurd omtrent de resultaten. Wij nodigden Koninklijk Kommissaris D'Hondt graag uit om in Meise en Jette te komen luisteren en kijken. De nota kloeg de versnippering van de inspanningen aan. Hiermee zijn we het eens. Het is uiteraard evident dat de lessen niet alleen door professionele krachten maar door specialisten moet gebeuren. Het didactisch profiel waarbinnen zij zouden moeten geschoold worden en volgens hetwelk zij dienen te werken ziet er op basis van onze 25 jaar ervaring als volgt uit : zie cl 10 D.Pr. van een kwaliteits acCVO of beter CTA (Centrum Talen aan Anderstaligen). Ondertussen werd de avsg methode en het A.A.AC.ZC. – talenpracticum afgevoerd en is de situatie veranderd. De versnippering aan initiatieven is groter geworden en er worden massaal middelen ingezet.
DIDACTISCH PROFIEL in Richtlijnen voor taalleerkrachten.
1.Democratische opstelling, iedereen is gelijkwaardig. 2.Native speaker heeft prioriteit als hij beschikbaar is life of op band. 3.De voertaal is de aan te leren taal op alle momenten. 4.Voorrang van de gesproken taal d.i. voorrang voor het spreken door alle studenten d.w.z. communicatieve situaties exploiteren. 5.Geschreven taal in functie van de gesproken taal. 6.Geen theorie, maar functioneel taalonderwijs. 7.Leer de studenten wat ze zullen gebruiken. 7.1.Basiswoordenschat, d.w.z. geen onnodige ballast, ook in hogere jaren. Dit is een kwestie van aanpassing aan het niveau van de studenten. Uitgaan van de studenten. 8.Reikwijdte vergroten. 8.1.Zoveel mogelijk audiovisueel en interactief werken, d.w.z. uitgaan van authentieke situaties (prioritair life) met aanwending van een brede waaier van alle mogelijke audiovisuele hulpmiddelen buiten de tekst. 8.2.Inschakelen van de moderne middelen om echt aan beheersingsleren te doen : cassetterecorder en klankinstallatie, talenpracticum, video en computer. 9.Professioneel didactisch werk leveren (het hele didactisch proces grondig afwerken). 10.Fouten voorkomen ("van alle fouten van de opvoedelingen is de opvoeder de oorzaak" Salzmann).
Het getuigschrift is aardig meegenomen, maar biedt geen garantie voor de kwaliteit. Het reële resultaat telt en dat uit zich inderdaad in "het niveau waarin ze met ons in gesprek komen" sprekend of schrijvend, kortom waarin ze de taal in concrete situaties gebruiken.
4. Dekreet
In De Standaard 27.11.92 lazen wij Directies volwassenenonderwijs willen meespreken over dekreet . Ondertussen zijn we aan het zoveelste nieuwe decreet!? Zij spreken mee via de V.L.O.R. waar de directies van alle netten vertegenwoordigd zijn naast alle mogelijke afvaardigingen. Er was een afdeling sociale promotie (ondertussen opgedoekt) en een raad volwassenenonderwijs. In de raad zitten vertegenwoordigers van V.D.A.B. en Middenstandsopleiding. Ik deed in de afdeling O.S.P.(toen) een oproep om boven alle netten heen samen te spannen en front te vormen want het was 5 voor (nu na) 12. In de Standaard van maandag 23.11 stond (toen) een beleidsnota die noch in de V.L.O.R. noch in de koepels in te zien was. Ultrageheim heet dat. Dus niet voor de Standaard. Dank u waarde redactie voor de informatie, maar publiceer a.u.b. de volledige tekst voor zij die “gehoord” worden. Het gevaar komt echter uit hoeken die wij niet verwachten. Andere motieven dan de pedagogische zullen doorslaggevend zijn. Het O.S.P. (nu CVO) dreigt het slachtoffer te worden van de ongebreidelde oprichtingen die in de Vlaamse ministeries gebeurden toen O.S.P. nog onder het nationale ministerie zat. Daar geldde de remwet. En inderdaad : vandaag is er een wildgroei aan initiatieven waar een kat haar jongen niet meer in vindt. Het didactisch – pedagogische wordt gedicteerd van uit Europa en verdween op de achtergrond. Bovendien dreigen de taalafdelingen het slachtoffer te worden van hen die het conflict rond het educatief verlof willen beslechten : algemeen recht (syndicaten) contra budgetverslindend (werkgeversorganisaties).
5. Normaalscholen
In D.S. van 10.6.93 lezersbrief "Normaalscholen" wordt de problematiek NT2 aangesneden. (Niettegenstaande in de VLOR destijds de enige benaming “Nederlands aan anderstaligen” aangenomen werd, gebruikt men deze code, die niet op haar plaats is, nog steeds.) Ik ben het met de schrijver eens dat dit een didactische aangelegenheid is. Om echter het resultaat te bereiken, dat beoogd wordt, is een specialisering van leerkrachten nodig. Die bestaat naar mijn weten niet in Vlaanderen. (Ondertussen zijn er wel enkele bescheiden initiatieven gegroeid.) Via een functionele methode moeten alle taalcomponenten geïntegreerd worden (doelstellingen De Block). Bovendien bieden vooral in de sociale promotie (ondertussen CVO’s) deze cursussen gelegenheid tot maatschappelijke integratie. Maar dan moet men afstappen van loketten-onderwijs waar opsplitsing van benamingen en afdelingen onvermijdelijk toe zal leiden. Mijn bezorgdheid gaat naar het in de verkeerde richting timmeren. Alles is al ingewikkeld genoeg ! Laat het ons eenvoudig houden en vertrekken van ons didactisch model.
6. Management
Ik sluit mij aan bij het cynisme i.v.m. het management bij de overheid van Louis Tobback D.S. 16.6.93. Wij kunnen eraan toevoegen dat alle goed management van de uitvoerders "owners" (eigenaars) maakt. Bovendien slaagt dat slechts als de mentaliteit van de werknemer in de richting van meer "bezetenheid" (inzet) gaat. Als men 33 jaar onder het juk van een openbare dienst werkt moet men al minstens een "uitvinder" zijn om het niet op te geven. En als men zijn "bezetenheid" handhaaft voelt men zich als een leeuw in een dwangbuis. (managementsterminologie graag ontleend aan Tom Peters - In search of excellence). Excellente overheidsdiensten vereisen meer dan een kwaliteitsrevolutie ! Vlaanderen heeft mijns inziens deze cultuur van kwaliteitsverbetering niet. Verlichte geesten vinden dat ze het warm water opnieuw moeten uitvinden en gaan op zoek naar terminologie ver van hun bed. Vooral in het onderwijs, waar men zich best hoedt voor het “ik weet het beter syndroom”, woekert deze anti – materie. De theorie van Tom Peters paste ik toe op volwassenenonderwijs in mijn verhandeling “Kwaliteitsrevolutie in het volwassenenonderwijs” 1996 in het kader van een bijscholing in het Gemeenschapsonderwijs voor het brevet van Schoolmanagement, ingericht in samenwerking met de VUB.
7. Eindterm
In De Standaard van 16.10.93 las ik "Eindterm" van A Aemi a Campo. Over dit modewoord zal nog veel inkt en tranen vloeien. Hopelijk vergeet men niet het essentiële : weten waarmee men bezig is en met niets anders bezig zijn : zo efficiënt mogelijk. Een mooi voorbeeld hiervan is een recent fenomeen dat de internationale pers haalde : O-ZON. Het begon al met begripsverwarring : kennen en kunnen. Dit zijn eenvoudige woorden die begrepen worden door de pers. Maar het is wel wat ingewikkelder dan dat. Nemen wij de doelstellingen van Alfred De Block, een van onze eminente didactici van de universiteit van Gent. Als we ons aan die begrippen houden weten we tenminste waarover we praten en kunnen didactici elkaar begrijpen. In het talenonderwijs aan anderstaligen is heel de discussie die O-ZON voert aanleiding tot nog meer verwarring. Vreemde talen moeten op het hoogste niveau onderwezen worden : de integratie (didactisch begrip). Kinderen leert men lezen op 21 lesdagen, maar sommige leerkrachten besteden er zes jaar aan ! Talen leren kost inspanning, kan snel en efficiënt, maar sommige pedagogen smeren dat uit over 12 lange jaren met pover resultaat. Dat verklaart het succes van het vreemde talenonderwijs in het volwassenenonderwijs in Vlaanderen. De eenvoudige gulden didactische regel op het 0-niveau luidt : 1. Alles in de aan te leren taal. 2. Nooit vertalen. 3. Geen theorie. 4. Kiezen wat prioritair is en er consequent naar handelen : spreken. 5. De student doet het. De eindtermen van de Europese school kunnen nog hoger en beter. Alleen het resultaat telt !
8. Nederlands standaardtaal
Het Nederlands in de E.G. In De Standaard van 2.11.93 verdedigde L. Hertog het Nederlands en een eenheidstaal voor de E.U. Ik was één van de zwijgers op het congres van het Nederlands in de E.G. Het gebruik van één gemeenschappelijke taal is mijns inziens inherent aan het vormen van een unie. Anders stopt men er beter mee ! Dat deze taal het Engels hoort te zijn is de logica zelf. Dat de andere talen moeten blijven in alles wat naar alle E.U.-ers gaat is evident. Waarom dan treurzangen laten weerklinken rond het kampvuur van de nostalgie ? En ons algemeen Nederlands ? De standaardtaal moest al heel lang vastgelegd zijn zoals in het Frans. Dan weet iedereen waaraan men zich te houden heeft. Voor mij is dat het A.B.N. dat ik in de St.-Thomasnormaalschool leerde van Ast Fonteyne, Emiel Veevaete, e.a. Dit niet beheersen betekende niet slagen en zelfs niet deelnemen aan het eindexamen. En dit belemmerde mijn liefde voor het dialect niet. Op het congres kwam het er zo na tot een discussie met Cas Goossens over het dialect op de BRTN. Daar zou ik met zekerheid zijn standpunt bijgesprongen zijn. Ondertussen verscheen in De Standaard een opinie-artikel over de problematiek van het Standaard Nederlands : "Het Vlaamse taallandschap verschraalt" een essay van emeritus hoogleraar Nederlands Johan Taeldeman van de U-Gent, in te kijken on-line. Het didactische aspect van het aanleren van Nederlands aan anderstaligen op het 0 - niveau wordt hier echter onvoldoende belicht.
9. Nederlands in het Eurokorps
In De Standaard van 15.11.93 stonden twee artikels over het Nederlands in het Eurokorps. Wij moeten mijns inziens op een volwassen wijze weten wat we willen en er volledig voor uitkomen en achter staan. Zoals in de Europese Unie moet er één taal zijn : het Engels. Daarnaast moet er respect zijn voor de taal van de partners op een gelijkwaardige basis. In het Eurokorps geldt dat zeker voor alle officiële documenten waar vertaald wordt en alle omstandigheden waar getolkt wordt. Dat alleen het Duits en het Frans gebruikt zou worden is fout. Daar moet ook duidelijk tegen gereageerd worden. De aanduidingen in de gebouwen waar de Europese Unie te gast is zou ook alleen in het Duits en het Frans zijn. Dat kan toch niet ! Ik pleit voor Engels (zoals in de luchtvaart). Maar respect houdt in : alle talen of geen (eventueel die van het gastland wel met respect voor de taalwet).
10. Taalexamens
In De Standaard van 11.12.93 "Vlaamse politici in Brussel : niet raken aan taalwetten", worden de problemen rond de taalexamens niveau vier aangeraakt. Deze examens staan omschreven in het KB. van 30 november 1966 afdeling 3. Het bestaat uit een brief of een verhaal, het lezen van een tekst, de uiteenzetting van die tekst en een conversatie. De essentie is nog goed, maar zij moeten dringend i.p.v. een statische momentopname een dynamisch levend instrument worden. Alles hangt nochtans af van de examinatoren. Wat maken zij ervan ? Referentiepunt qua niveau kan men eventueel vinden in "De noden van volwassenen die een vreemde taal leren" (René Ritcherich en Jean-Louis Chancerel en "Voorstel tot omschrijven van niveaus" (D. Wilkins). Raad van Europa. Deze werden in het AVC CVO vergeleken in de kwaliteitsgroepen per taal, met de toen gangbare niveaus : elementaire, praktische - en gevorderde kennis. Ze werden geïntegreerd in de leerplannen voor het gemeentelijk onderwijs van talen aan anderstaligen. Ondertussen zijn de niveaus Europees vastgesteld. Mits enige herwerking kan ons werk nog gebruikt worden.
11. SERV
De SERV en het Nederlands. In De Standaard van 14.12.93 wordt de zorg van de SERV om Nederlands in bedrijven uiteengezet. Ik heb het ooit anders gehoord. Talen bleken toen niet belangrijk voor tewerkstelling. De SERV is er zich eindelijk van bewust. Het standpunt lijkt mij echter gebaseerd op de resultaten van gebruikelijk vreemde-talenonderwijs. Functioneel taalonderwijs zorgt voor vlotte communicatie. Voor de rest ben ik het met hun standpunt eens. Voor de integratie van anderstalige werknemers verwijst de SERV echter naar een kleine fractie van taalopleidingen. (Taal op de Werkvloer – V.D.A.B.-opleidingen) Onderwijs voor sociale promotie (nu CVO’s) naast de hele waaier wordt al dan niet bewust vergeten. Integratie vereist bovendien multicultureel taalonderwijs, dat meer biedt dan technisch een taal hanteren. Samenleven en uitwisselen behoren er tot de grote troeven. Daarom durf ik pleiten voor gespecialiseerde talencentra voor volwassenen. Nu, 14 jaar later, is het al Nederlands dat de klok slaat. Het is de hoogste prioriteit. Maar dat ontaardde in een onoverzichtelijke waaier aan initiatieven, waar men de bomen niet meer onderscheidt van het bos.
Ik denk dat de SERV ondertussen ook ster mee geëvolueerd is en ben niet op de hoogte van de huidige stand van zake.
12. Taalfouten
Mijn standpunten van destijds blijven actueel. Weinig is veranderd. Er wordt alleen enorm veel geld uitgegeven voor Nederlands aan anderstaligen. De nieuwe initiatieven tieren welig! Mijn zorg gaat naar de talloze vrijwilligers, zonder opleiding, die toch wat begeleiding nodig hebben. In De Standaard van 17.12.93 antwoordt Prof. Decoo op taalfouten in Bob en Bobette. Ik meen dat hij eenvoud en geleidelijkheid niet moet opkloppen tot didactische criteria. Dat is eerder een kwestie van gezond boerenverstand, dat vele intellectuelen verleerden. Het vertalen kan bij het aanleren enkel vermeden worden als audiovisueel materieel aanwezig is - klank en beeld- dat vrij grondig het gebruik van vertalen overbodig maakt. Dat is niet (meer) voorradig. Het kost te veel en is te snel verouderd. De commercialisering van leermiddelen is hier niet vreemd aan. Ik raad Prof. Decoo dan ook aan dat zelf ook eens uit te proberen. Als de resultaten in het secundair onderwijs met om het even welke methode beter (zouden) zijn moet men wel weten waarmee hij vergelijkt. Als man uit de dagelijkse praktijk is het mij niet ontgaan dat de methodes evolueren naar beter. Zij leiden steeds naar functioneel talenonderwijs. Er is echter nog een lange weg af te leggen. Ondertussen weten wij alleszins beter. Onduidelijkheid is troef in de didactische middens (cfr. O-ZON). Er is nog steeds geen alternatief voor de avsg – methode, en dat is dringend nodig voor echte beginners. Herhaling en inoefening blijft prioritair, maar kan slechts ernstig resultaat opleveren binnen een strikt kader (A.A.AC.ZC. – situatie). Wij zullen ons beperken tot talen leren aan anderstaligen op het 0 – niveau, want daar wringt het schoentje. Wie past het aan ?
13. Colloquium Brusselse Vlamingen
Brusselse Vlamingen moeten waakzaam blijven Ik las met volle aandacht het artikel over het colloquium van het Congres van de Brusselse Vlamingen "Brusselse Vlamingen moeten waakzaam blijven" en "Buitenlandse en Vlaamse vrouwen in ernstige werksfeer bij elkaar. Eerst elkaar leren kennen, dan samenwerken" in D.S. van 21.3.94. Het multicultureel samenzijn is overal ver rijkend en verrijkend. In het onderwijs dient men een onderscheid te maken tussen de gewone vakken en de vreemde talen. Waar het bijvoorbeeld in Nederlands moedertaal in een Vlaamse school een remmende invloed kan uitoefenen en zelfs het peil van de school omlaag kan halen (soms een minwaarde) is het voor de vreemde talen een objectieve meerwaarde op sociaal, didactisch en cultureel gebied. Sociaal : op voorwaarde dat alle culturen op gelijke voet behandeld worden en men geen lokettenonderwijs geeft. Didactisch : omdat de leerkracht niet anders kan dan alles in de aangeleerde taal te doen. Cultureel : omdat alle invalshoeken zo gevarieerd en rijk gevuld zijn. Vooral in het volwassenenonderwijs is het voor elke leerkracht en de studenten de ideale situatie. Ondertussen zijn er de inburgeringsprogramma’s. De opleidingen Nederlands aan anderstaligen zijn overal prioritair. Wat orde in de chaos zou niet misstaan!
14. Sociaal beleid in Brussel
Vlaanderen moet werken aan sociaal beleid in Brussel In D.S. van 23.3.94 "Vlaanderen moet werken aan sociaal beleid in Brussel" wordt het volwassenenonderwijs vergeten. Het vijfpuntenplan is hier echter op 4 punten concreet van toepassing. Wij zijn er nog lang niet. De Brusselse studenten in het volwassenenonderwijs krijgen niet dezelfde kansen als deze in het Vlaamse gewest. Ze worden gewoon vergeten. De Vlaamse scholen voor volwassenenonderwijs moeten kwantitatief en kwalitatief de concurrentie aankunnen met anderstalige instellingen. David naast Goliath. Brussel oefent inzake volwassenenonderwijs geen functie uit voor Vlaams-Brabant. Dit werkt omgekeerd. De Vlaamse minister van Onderwijs dient rekening te houden in zijn beleid met de belangen en de bijzondere situatie van de Brusselse studenten in het volwassenenonderwijs. In alle voorstellen wordt niet gerept over dit heet hangijzer. De weg van de intentie over het geschreven plan naar de concrete daad is lang en loopt over diepe kloven. Een groot stuk onderwijs werd vergeten : het volwassenenonderwijs. Is hier cultuur prioritair op onderwijs ? De VGC startte ondertussen een werkgroep Volwassenenonderwijs, heeft haar eigen CVO en nam een aantal initiatieven in de sector. Dit vergrootte echter mijns inziens de wildgroei. In Brussel zou een gespecialiseerd opleidingscentrum vreemde talen moeten komen, desnoods enkel op het 0 – niveau, waar minstens alle Europese talen onderwezen worden. Men zou deze zaak eindelijk eens ten gronde moeten aanpakken, ook didactisch, maar minstens in een Europees perspectief. In het nieuwe decreet dat onlangs ingevoerd werd, kreeg Brussel een eigen consortium. De scholen die in Brussel een vestigingsplaats hebben zouden in de toekomst geen nieuwe initiatieven kunnen nemen. Na de splitsing van Brussel - Halle - Vilvoorde verandert alles ten gronde.
15. Concept-eindtermen leiden tot taalverarming
In D.S. van 13.4.94 "Concept-eindtermen leiden tot taalverarming" vraagt om enige ordelijke didactische herschikking. Wat het meest in het oog springt in de eindtermen is de opwaardering van het totale taalonderwijs. Van het gedragsniveau van het louter kennen wordt het via de eindtermen verheven tot het niveau van de integratie. Dat leidt tot efficiënt, dynamisch en studentgericht onderwijs. Het taalonderwijs blijft niet vasthangen op de partiële vorming maar komt tot integrale vorming. Het blijft geen beperkte vorming maar wordt fundamentele vorming. Voor grammatica om de grammaticakennis hebben leerlingen mijns inziens meer aan een P.C. en de bijhorende grammaticale software. Als ze dat programma interactief gebruiken durf ik beweren dat ze de leerkracht bijna niet nodig hebben en het resultaat zal veel beter zijn. De fameuze kennisoverdracht in het gebruikelijke taalonderwijs is een zware ballast die helaas zeer snel vergeten wordt en dus tot NIETS dient. Mochten de taalleerkrachten wat meer didacticus-pedagoog zijn en wat minder taalkundige zou het onderwijs er wel bij varen. De resultaten van de "volgepropten" uit het dagonderwijs zijn bedroevend. Anders zouden de taalcursussen voor volwassenen heel wat minder succes hebben. Het enige excuus voor de gemotiveerde leerkracht secundair onderwijs is dat binnen de toegemeten tijd voor taalonderwijs op het 0-niveau binnen het lessenrooster veel te weinig lesuren per week voorzien worden. Hier ben ik het met Theo Kees roerend eens. De povere resultaten zijn er de verdienste van inderdaad thuis hard wroetende leerlingen - voor zover ze er zijn. Maar de analyse van wat ze dan thuis in te studeren hebben, leert ons dat daar helaas opnieuw veel overbodige ballast bij is. Een goede taalbeheersing mag niet blijven steken, zowel schriftelijk als mondeling, op het niveau van kennis en inzicht. Het leren moet op het niveau van de integratie gebeuren, anders is het niet af. Zo eenvoudig en toch moeilijk is dat! Deze dicussie blijft actueel. Ze werd opgevoerd op het O-ZON congres in Gent, maar gevulgariseerd en alles behalve ten gronde. Voor het volwassenenonderwijs bleek er geen plaats. Ondertussen verscheen in de laatste EOS twee interessante artikels. Na grondige lectuur kom ik hierop terug.
16. De interactieve school
In D.S. van zaterdag 18.06.94 lezen wij zinnige verworvenheden i.v.m. het talenonderwijs in het secundair onderwijs. De "interactieve school" van talendidactici wordt eindelijk een feit, maar moet nog consequenter doorgedreven worden. Het is niet de theorie die telt, maar de dagdagelijkse praktijk die concreet gestalte krijgt in de resultaten. Enkele zaken worden onvoldoende belicht. Taal is grammatica. Elke communicatie vergt grammatica en komt tot stand via inductie, d.w.z. eerst spreken en schrijven en uit de voorbeelden de theorie (zelf) halen. Dat vereist grondig didactisch handelen volgens een model : het didactische model. Dit wordt in elke situatie afgewerkt van beginsituatie tot en met evaluatie. De zogezegde spanning tussen kennis en de ontwikkeling van vaardigheden is geen tegenstelling. Kennis is het laagste niveau. Op dit niveau wordt alles zeer snel vergeten. Het wordt verder stilaan verworven over het inzien, toepassen tot het integreren. Vlotte communicatie kan enkel op het hoogste niveau : de integratie. In verstaanbare taal betekent dit dat men vlot spreekt en schrijft, zonder beroep te moeten doen op de kunstgrepen van de theoretische grammatica. Een leerkracht met gezond (boeren)verstand die zich niet blind staart in de geleerddoenerij, heeft dat door vanaf de eerste contacten met leerlingen. Het wordt haar (hem) echter niet gemakkelijk gemaakt als men ziet hoe terminologie die in bepaalde categorieën samen hoort, door elkaar geklutst wordt. Bovendien is er te weinig lestijd. Dat inzicht onderscheidt haar (hem) van de middelmaat. De grondigheid van het leren op het O-niveau is echter bepalend voor het verdere succes. Een kind dat leert lezen zal pas echt lezen als het de ±15 meest frekwente fonemen integreerde. De rest komt vanzelf. Zo kan talenonderwijs op het O-niveau slechts succes kennen, als de essentieel (meest frekwente) basisstructuren geïntegreerd zijn. De verhouding tussen spreken, luisteren, schrijven en lezen werd door de Raad van Europa grondig bestudeerd. De verhouding uitgedrukt in lestijd bedraagt : spreken en luisteren 90 % en schrijven en lezen 10 %, en zou consequent moeten vertaald worden in dezelfde procentuele verdeling van toe te kennen punten bij het evalueren. Het overwicht voor gesproken taal neemt af naarmate men vordert. Dit is een didactische keuze. Men zou theoretisch, zoals het bij Latijn en Grieks helaas het geval was, kunnen starten met lezen en schrijven en dus het omgekeerde doen. Het zou echter getuigen van didactisch onzicht dit met een moderne vreemde taal te gaan doen.
17. Doe – onderwijs Nederlands
In "Scholen leren Nederlands aan met doe-onderwijs" (17.10.94) lezen wij essentiële uitspraken i.v.m. de kwaliteit van ons onderwijs. In de vaktaal heet dat aanpassing en integratie. Kwaliteitsonderwijs is een kwestie van aanpassing aan de individuele student(e). Als er over de hoofden heen gepraat wordt komt men nergens. Het excuus luidt meestal dat men les geeft aan een gemiddelde in klassikaal verband. Bij talen is de grondigheid van wat men doet ook een probleem. Als vanaf het 0-niveau het niveau van de integratie (in zijn pure didactische betekenis) niet gehaald wordt, blijven de studenten hangen. Integratie betekent het geleerde zonder nadenken pasklaar kunnen gebruiken in alle omstandigheden. In het vooropgestelde doe-onderwijs (nog eens een andere term voor iets wat al lang bestaat) heet dat dus : zo dikwijls doen en in zoveel verschillende omstandigheden dat de student(e) het geïntegreerd heeft. Dat geldt voor kinderen maar ook voor volwassenen.
18. Vlaming onderwijst beter Engels dan Brit.
"Vlaming onderwijst beter Engels dan Brit" in D.S. van 19.11.94 vraagt enkele accenten. De onvervangbare waarde ("puur goud") van de stem van de native speaker blijft. Dus scholen leerkrachten talen best zoveel mogelijk de taal bij en trachten zij de stem van de native speaker te benaderen. De native speaker wordt toch ingeschakeld in de leerprocessen : als discussiepartner en in alle opnamen waarmee gewerkt wordt. De vraag blijft dan : wanneer is de taal voldoende verworven door studenten en kan in de Europese context de Brit volledig ingeschakeld worden ? Bovendien is het voortdurend "oog hebben voor moeilijkheden die een anderstalige moet overwinnen om Engels te leren" en het verwerken ervan in leerprocessen, een didactisch talent dat niet enkel het exclusief patrimonium is van de leerkracht die dezelfde moedertaal heeft als zijn (haar) studenten. Dit blijft actueel en ondertussen is de overheid wel meer soepel geworden voor het aanwerven en subsidiëren van native – speakers. Want nog niet zo lang geleden waren de eisen zo hoog, dat het moeilijk werd hieraan te voldoen. De kwaliteitseis moet uiteraard overeind blijven. In de Europese context staande grenzen, ook van de scholen, open.
19. Talenpractica op schroothoop van onderwijsgeschiedenis
Enkele correcties en nuanceringen bij "Talenpractica komen op schroothoop van onderwijsgeschiedenis terecht" (D.S. 13.2.95). Op de schroothoop worden nog vaak schatten gevonden ! Taalonderwijs met een talenpracticum van het door uw reporter "zelfverbeterende model" genoemd beantwoordt volledig aan het didactische model en is dus kompleet. Het rendement is berekend en gepubliceerd ± 90 % in klassikaal verband. Inspecteur Peeters van het stedelijk onderwijs in Antwerpen is de pionier in de jaren 60. Professor Van Passel publiceerde erover en was verbonden aan de militaire school en de Rijksuniversiteit van Gent. Wij waren de eerste in 1967 en helaas ook de laatste, die het A.A.AC.ZC. – talenpracticum integreerden. Er zijn momenteel zelfs nog enkele firma's die nog een vrij grote omzet hebben in cassettenpractica. (ondertussen op P.C.) Op de vooravond van de doorbraak van het numerieke systeem, d.i. communicatie in de computer, staan we aan het begin van een nieuw didactisch tijdperk voor het talenpracticum. Ik ben het volkomen eens met mijn "didactische vriend" Michaël Goethals. Ik deel zijn vrees dat zoals in 60 de commercie en de technische snufjes zullen bepalen wat het talenpracticum wordt en niet het didactische model en de didactici. (Vooral ook de inspanningen en de geestdrift van de leerkrachten). In 1997 werd op ons voorstel door de firma Divace uit Finland het concept voor software voor het A.A.AC.ZC. – systeem ontwikkeld. Het werd echter vanaf de opstart van het scherm foutief weergegeven. Bepaalde zelfverbeteringsoefeningen werden over het hoofd gekeken. De invoer van oefeningen werd verwaarloosd. Zo strandde het schip ! Nu wordt het door Sanako uitgebracht.De oefeningen die nu in een muiltimediaal ltalenpracticum gegeven worden kunnen ook thuis in zelfstudie en hebben veel weg van bezigheidsterapie. De mogelijkheden zijn momenteel nochtans onbegrensd maar vereisen een didactische bezetenheid die leidt tot kwaliteitsrevolutie!.
20. Onderwijs voor Migranten (D.S. 12 mei 1995)
In het taalonderwijs voor volwassenen, vooral Nederlands, Frans en Engels, wordt de multi-culturele meerwaarde vaak over het hoofd gezien. Zeker in Brussel en de rand zitten soms 10 nationaliteiten in één klas. Hier is dat, in tegenstelling tot het voltijds onderwijs, een objectieve meerwaarde. De leerkracht wordt immers verplicht enkel de aangeleerde taal te gebruiken. Dit is één van de punten van het didactische profiel van een "collegium linguarum": dit is een kwaliteitsprofiel dat voor alle taalonderwijs met kwalitatieve meerwaarde geldt. Bovendien krijgt dit onderwijs er een natuurlijke sociale dimensie bij, omdat taalonderwijs onvermijdelijk spontane gedachtenwisselingen inhoudt. Zo worden de verschillende culturen in harmonie samen beleefd. Nog steeds actueel! Maar op het 0 - niveau mag er geen lokettenonderwijs gegeven worden. Men moet zich baseren op het niveau van de studenten. Op het 0 - niveau zijn ze allen gelijk!
21. Nieuwe spelling
D.S. van 23.9.95 "Een brainstorm aan de borrel" over de nieuwe spelling roept bijkomende vragen op. Waarom was de opdracht aan de samenstellers van het groene boekje niet ruimer ? Kon men het onderscheid niet maken tussen literaire taal en functionele taal ? In de hedendaagse multimedia-maatschappij dreigen de gebruikers - waar het uiteindelijk om gaat - de klos te worden. Functionele taal betekent eenvoud : visueel en auditief. De interactie tussen klank en schrift kan veel eenvoudiger. Het Nederlands met 26 karakters en 51 fonemen staat qua moeilijkheidsgraad bovenaan. Dit bewijst onze conservatieve en starre (zeg irreële) visie. In het functionele taalonderwijs aan anderstaligen in onze multiculturele samenleving, waar gesproken taal uitgangspunt en belangrijkste leerdoel is vanaf het 0-niveau, zou een pragmatische aanpak van spelling welkom zijn. Anders suggereer ik het omwille van het elitarisme zoals in het Tibetaans te doen met 2 totaal verschillende spellingen : één voor Jan met de pet en één voor de "intellectuelen". Ondertussen is er niets ten goede veranderd.
22. Wetgeving hinderpaal ?
In "Taalwetgeving hindert onderwijs vreemde talen" D.S. 27.9.95 staat niet dat de voertaal van het onderwijs Nederlands is, ook in het onderwijs van andere talen. De voertaal hoort in het onderwijs van andere talen de andere taal te zijn. Dit is de realiteit in onze multiculturele maatschappij. Het is tevens de didactische hefboom om de resultaten op te krikken voor iedereen. Er wordt ook weer in alle talen gezwegen over het 0-niveau en dat is toch essentieel. Als men het beschreven project wil doen slagen moet de andere taal vanaf het 0-niveau grondig geïntegreerd (in de didactische betekenis) worden. Bevredigt het huidig talenonderwijs dan niet ? "Diepe meertaligheid" wordt vanaf het 0-niveau gerealiseerd. Het probleem ligt daar. Als men in de eindfase verder blind blijft uitgaan van de veronderstelling dat de studenten als ze in de universiteit komen perfect meertalig zijn, dan sluit men de ogen voor de realiteit. Onderzoek hierover was ontluisterend ! De sleutel voor de oplossing van dit probleem ligt in het grondig inoefenen van structuren in scenario’s, bij voorkeur via "het doen" d.w.z. conversatie uitsluitend in de andere taal. Als deze condities niet aanwezig zijn, kunnen interactieve talenpractica veel werk uitsparen. Ondertussen is er weinig veranderd en werden de avsg-methodes afgevoerd. Een waardig alternatief heb ik helaas tot nu toe niet gezien!
23. Nieuwe leerkrachtenopleiding
In "Nieuwe lerarenopleiding verzwakt vakbekwaamheid" D.S. 28.11.95 ontbreekt de stem van de "afnemers" en de "levende producten" met name "de scholen" en "de studenten". Ik heb in mijn aggregaat onthouden dat men beter spreekt van leerkrachten. Hierin zit het geloof in de kracht (inzet) en de mogelijkheden van de lesgever. Wat ook de opleiding wordt : daar staat en valt alles mee. De opleiding moet in de steeds sneller veranderende informatiemaatschappij twee uitersten bevatten. Een zeer algemene, maar fundamentele en up to date theorie zodat de leerkracht kan terugvallen op een veilige basis. En dat men eens ophoudt met de babelse spraakverwarring van terminologie ! Dan wordt alles eenvoudiger en doorzichtiger. Een tweede pool is het inoefenen van vaardigheden met de hedendaagse multimediale hulpmiddelen. De leerkrachten die dat geleerd hebben met zelfevaluatie voor de camera zijn witte raven. Bovendien verandert alles zo snel dat de permanente bij-, her- en nascholing een must is. De minister heeft groot gelijk dat hij hierin zijn prioriteit legt. Wie dat zal betalen behoort tot een ander debat. Onlangs werd een initiatief ingeschreven in het nieuwe decreet voor het volwassenenonderwijs. De scholen konden aansluiten bij een vormingscentrum. De V.U.B werkt samen met Erasmushogeschool en 5 CVO’s. Zo stond dat in D.S. van 26.1.2007 onder de titel “Onderwijs biedt gezamenlijke lerarenopleiding aan”. De binding met de universiteit is op zich goed omwille van hun expertise. Wij hopen dat er plaats zal zijn voor functioneel taalonderwijs aan anderstaligen (vooral op het 0 – niveau).
24. Interkultureel
De titel "Interkulturele school komt er" D.S. 29.11.95 zou beter luiden "... is er" en zoals in het artikel en de studiedag gesteld in verschillende invullingen. Zij heeft ook door de leerachterstand van migranten een kwalijke reputatie gekregen. De autochtonen zouden er wegblijven omdat het peil van het onderwijs zou zakken. De taalvaardigheid speelt daarin uiteraard een grote rol. Het model van "Beheersingsleren" van prof. W. Dijck kan hierin een oplossing bieden. Bovendien blijkt niemand te (willen) weten dat reeds in 1986 in Brussel een internationaal congres over didaktiek in plurilinguistisch en pluricultureel verband gehouden werd. In het volwassenenonderwijs talen aan anderstaligen biedt de multiculturele context een objectieve meerwaarde door de eigenheid van deze situatie : Nederlands vanaf het 0-niveau 100 % in het Nederlands. Dit moet uiteraard met een specifieke methode waarin multimedia op dit ogenblik de grenzen opengooit. De situatie is er niet op verbeterd. Nederlandstalige scholen sloten reeds omdat zij enkel anderstalige leerlingen hadden. Door de “snel Belg wet” is het aantal allochtonen nog sterk toegenomen. Er zijn wel lovenswaardige initiatieven genomen om de taalachterstand Nederlands weg te werken voor de leerlingen en voor de ouders. Zo vernam ik op straat, dat het AVC CVO Meise hierin meespeelt in Zellik. Over Strombeek weet ik het niet. En zelfs de voetbalclubs krijgen gratis een DVD met richtlijnen over het Nederlands taalgebruik in clubverband. Hoe meer inspanningen er geleverd worden, hoe beter. Maar als ze hun doel maar niet voorbij schieten !
25. Besparingen
Albert Martens verzwijgt bewust of onbewust in "Voor besparingen zwichten alle taboes" (D.S. 5.12.95) de mogelijkheden om Nederlandse taallessen te volgen in het volwassenenonderwijs. Integratie betekent ook lessen Nederlands aan anderstaligen volgen binnen de mogelijkheden die al jarenlang hun waarde en nut bewezen hebben. Door de versnippering wordt het moeilijk Nederlandse taallessen op al de 7 niveaus die vooropgesteld werden door de Raad van Europa te houden tijdens de dag. Op dat ogenblik staan in een aantal bestaande centra lokalen ongebruikt. De minister heeft in '93 gevraagd prioritair Nederlandse taallessen aan anderstaligen te programmeren niettegenstaande het afremmen van alle programmaties in sociale promotie. De kapers op de kust hebben hiervan terecht of ten onrechte gebruik gemaakt om in de boot te springen. Maar zeer snel zetten zij hun eigen sloepen uit met het gevolg dat de vloot van de Nederlandse taallessen een aantal reddingssloepen rijker werd ten koste van een volwaardige vloot. Ondertussen werden de niveaus aangepast aan de nieuwe Europese situatie. Het 0-niveau wordt echter nog steeds miskend als geen niveau. Nochtans komt wiskundig 0 voor 1. Ondertussen is de vloot een armada geworden. Initiatieven varen kris kras door mekaar. Het probleem werd : wildgroei en geen coördinatie. Bovendien bleef de gespecialiseerde bijscholing en opleiding uit, zeker voor de talloze vrijwilligers, die het dikwijls beter doen dan (mis)gevormde leerkrachten.
26. CVO's : 's morgens, 's namiddags en 's avonds!
De titel "Taalles van avondschool trekt 55.500 Vlamingen aan" zou beter klinken "Taallessen van het volwassenenonderwijs in de sociale promotie..." (ondertussen Centra voor Volwassennenonderwijs) zoals terecht in de eerste alinea verduidelijkt (D.S. 08/12/95). De wildgroei die momenteel nog welig tiert, maakt de zaak voor buitenstaanders uiteraard niet doorzichtig. De terminologie die gebruikt wordt is zo dikwijls veranderd dat men door de bomen het bos niet meer ziet. Volwassenenonderwijs ressorteert onder het Vlaamse ministerie van onderwijs en omvat sociale promotie, basiseducatie, tweedekansonderwijs, afstandsonderwijs. Hierover bestaat een brochure "Open school" uitgegeven door het departement Onderwijs. Er is ondertussen ook een website bijgekomen. Middenstandsopleidingen en V.D.A.B.-cursussen ressorteren niet onder onderwijs. De cursussen sociale promotie worden in vele centra reeds 's morgens, 's namiddags en 's avonds aangeboden. Ondertussen klinkt het : “Taallessen in de Centra voor Volwassenenonderwijs en in …een aantal andere initiatieven waarvan de opsomming stilaan onmogelijk wordt. De wildgroei van de didactisch – pedagogische terminologie gaat ook nog maar steeds verder. Ingewikkeld, lees onverstaanbaar, klinkt geleerd en geeft een hypocriete zweem van kwaliteit.
27. Communiceren
In "twee handen volstaan niet om de rijkdom van taal weer te geven" (6.5.95) bepleit Ignace Tousseyn terecht het gebruik van alle middelen om te communiceren. Het mag vermeld worden dat binnen het talenonderwijs in het algemeen er gelijkaardige toestanden heersen. Een aantal verstokten (en niet van de minste) blijven hier ook alle heil zoeken in beperkte of complicerende leerprocessen die weinig aarde aan de dijk brengen. Vergeten we niet dat de basis van de communicatieve methode voor het talenonderwijs aan anderstaligen precies uit het leren spreken van auditief gehandicapten stamt. Als er mogelijkheden ontbreken, is men verplicht dóór te denken, over een systeem om het doel te bereiken. In de situatie waar de auditieve receptie ontbreekt, is men zo gaan nadenken over het louter auditieve. Dat leidde tot kwaliteitsverbetering voor het hele talenonderwijs! Maar helaas velen willen zelfs niet zien, laat staan horen! De communicatieve methode kwam er als reactie op het enorme succes van de audiovisueel structureel globale methode. Dat was geen didactische, maar een commercieel-concurrentiële zet van de universiteiten en hun aanhang. Tegenover de jaren 60 tot het uit de handel nemen van de avsg-methode stel ik een desastreuze achteruitgang vast van de resultaatgerichte kwaliteit van het functioneel talenonderwjs aan anderstaligen.
28. Migrantenonderwijs
Onderwijs voor Migranten (D.S. 12 mei 1995) In het taalonderwijs voor volwassenen, vooral Nederlands, Frans en Engels, wordt de multi-culturele meerwaarde vaak over het hoofd gezien. Zeker in Brussel en de rand zitten soms 10 nationaliteiten in één klas. Hier is dat, in tegenstelling tot het voltijds onderwijs, een objectieve meerwaarde. De leerkracht wordt immers verplicht enkel de aangeleerde taal te gebruiken. Dit is één van de punten van het didactische profiel van een "collegium linguarum": dit is een kwaliteitsprofiel dat voor alle taalonderwijs met kwalitatieve meerwaarde geldt. Bovendien krijgt dit onderwijs er een natuurlijke sociale dimensie bij, omdat taalonderwijs onvermijdelijk spontane gedachtenwisselingen inhoudt. Zo worden de verschillende culturen in harmonie samen beleefd. Het is hoog tijd dat de kwalitatieve meerwaarde erkend en onderwezen wordt. Ik kan alleen maar steeds op dezelfde didactische spijker kloppen. Maar ik voel mij stilaan als een aboriginal in de pure didactische brousse. We kunnen ergens een didactische evolutiekas en een regenwoudkas oprichten. Daar voel ik mij tegenwoordig, maar dan in de Plantentuin, beter thuis.
29. Kleuters
Frans voor kleuters. (31.1.96) Als dit opzet - door onze koning voor het voetlicht gebracht - wil slagen en resultaat opleveren zijn enkele punten essentieel. Deze benadering is louter taalkundig en heeft niets te maken met de maatschappelijke discussie over tweetaligheid. Wie het opneemt moet een grondige specialisering krijgen in hoe functioneel talenonderwijs werkt. Het wordt best toevertrouwd aan "native-speakers". De kinderen leren het spelenderwijs, d.w.z. via natuurlijke situaties in concrete context. De belasting van het kind zal nauwkeurig moeten gevolgd en opgevolgd worden. Concreet zou dat betekenen dat aan elke kleuterklas een Franstalige kleuteronderwijzeres met een specialisering in functioneel talenonderwijs (de opleiding bestaat in Vlaanderen niet) toegevoegd wordt aan elk kleuterklasje waar het project toegewezen wordt. Het moet bovendien een type zijn dat beantwoordt aan het profiel van een "research-leer-kracht" dus met zin en inzicht in didactisch onderzoek. Het is een veelbelovend kwaliteitsproject. Of het haalbaar is betwijfel ik. In de N.C.C., nu VGC, in Brussel werd onder leiding van Rik Degraef (één van het trio van het C.L.) “De briques à roc” ontwikkeld voor de basisschool in een meertalige omgeving. Ik kon dat onlangs inzien. Het draagt de sporen van de avsg – methode, maar ik mis alleszins voor de absolute beginners (het 0-niveau) het audiovisuele. Er worden ook initiatieven ontwikkeld in het buitenland o.a. door de B.B.C., waarover ik het reeds had. Maar ik mis grondigheid en doordachtheid.
30. Spelling
In D.S. van 6.5.96 stond een interview met de minister van Onderwijs i.v.m. de invoering van de nieuwe spelling. Ik kan hem zeker bijtreden als hij zegt zich te hoeden voor nog een initiatief in dit verband. Moest hij minister van Onderwijs zijn in Spanje, dan zat hij zeker niet opgezadeld met zo een vergiftigd geschenk. Spanje kent al eeuwen geen spellingswijziging. Het waarom is even duidelijk als efficiënt. Er zijn maar vier verschillen tussen klanken en letters. Waar wij in de groene "verwarring duidinggids" eindelijk een hoofdstuk "de klanken van het Nederlands" krijgen uitgerekend op het ogenblik van het multimediastartschot, voert men een spelling in waar nog meer verwarring in zit en die haaks staat op de functionele weg. Vereenvoudiging is gelijk aan minder verschil tussen klank- en schriftbeeld. Daarmee zou alle onderwijs, levenslang leren incluis, gebaat zijn. Dit geldt ook nog vandaag!
31. Muziek en talen
Wat geconstateerd wordt in "Meer muziekles helpt kinderen bij studie talen" (28.5.96) geldt ook voor volwassenen. In het functionele talenonderwijs is het eerste en belangrijkste didactische principe : opvoeding of heropvoeding van het horen. Als men goed luistert zal men goed spreken is het uitgangspunt. Dit wordt veel verwaarloosd. Men werkt ook vaak niet met correcte éénvormige klankmodellen. Op dit punt is de standaardtaal heel belangrijk, vooral op het 0-niveau van het aanleren. Dat het model dan bovendien gesproken wordt of is door een native-speaker is een objectieve meerwaarde. Er zit muziek in het talenonderwijs nu de "grenzen" van Europa al een klein beetje open zijn. Maar welk Nederlands. Het standaard Nederlands zal wellicht niet meer vastgelegd worden. Dit blijft een zware handicap. Bovendien is men aan een opmars van de tussentaal bezig. Als men hoort hoe er op de T.V.-zenders gesproken wordt, kan ik mij moeilijk indenken dat zoiets als lesmaterieel zou gebruikt worden. Voor de geschreven taal is het al even erg. Fouten worden er door de omroepen om de haverklap ingeramd, niettegenstaande hun taalrevisoren!
32. Schriftelijke taalbeheersing
In het artikel "Peil schriftelijke taalbeheersing ontstellend laag" (D.S. van 12.6.96) wordt niets nieuws gezegd: over de zogeheten communicatieve methode en evenzeer over de traditionele methode. In een functionele methode gebeurt daarentegen alles aan 100% voor alle leerlingen. Resultaten in talenonderwijs komen er door grondig didactisch inzicht van de leerkrachten. Een tweede indicator van kwaliteit is de gedrevenheid van de leerkracht om zijn (haar) doelstellingen te bereiken. Hij (zij) moet ook over de middelen beschikken om op een functionele wijze resultaat te bereiken. Met middelen bedoel ik niet alleen het didactisch materieel (dat niet gering is), maar ook de lokalen en het aantal uren om het te doen. Talen zijn bij uitstek materies waarin men zeer snel verloren kan lopen. Men kan er ook gemakkelijk mist in optrekken d.w.z. dat het niet eenvoudig is om te evalueren wat uiteindelijk het resultaat is. Dit evalueren vergt enorm veel tijd als het grondig gebeurt. Ik ben het dan ook volledig eens met Theo Kees dat de leerinhouden grondig moeten vastgelegd worden. Er zijn bovendien heel wat parameters die eerder van artistieke of literaire aard zijn. Hiervoor zijn er geen normen, laat staan dat ze voor de wit-zwart-evaluaties ooit vastgelegd zijn. In onderwijs (bij uitstek in het talenonderwijs) is weinig onderzocht en de wildgroei van methodes en terminologie maakt alles bovendien onoverzichtelijk. Voor een eenvoudige term bestaat er minstens per universiteit een variante. Gedurende 29 jaar heb ik de producten van het traditionele taalonderwijs uit het secundair dagonderwijs over de vloer gekregen. De resultaten zijn altijd zeer laag geweest. Dit moet niet op de rug van de leerkrachten geschoven worden! Enkel voor wat ik het struisvogeltype noem mag dat wel. Laat ons dus resoluut kiezen voor normen. In het kader van de Raad van Europa in "verwachting van de Europese burger inzake talenonderwijs" bestaan ze (Wilkins en Richterich) op 7 niveaus. En laat ons dan eens voorgoed komaf maken met de geleerddoenerij en resoluut voor de student kiezen en ons daarop richten. Het verhaal van Theo Kees legt verder enkel de nadruk op kennis. Als het talenonderwijs op dat niveau blijft is het resultaat bij de instap in het voortgezet talenonderwijs nihil. Kennis wordt vergeten als men ze niet optilt via vaardigheden op het niveau van de integratie (De Block). Dat kennen en weten nog steeds zouden voorop staan in het hoger onderwijs zou alleen maar een aanwijzing zijn van het lage peil. Als het dat is wat de universiteit te bieden heeft doen we het beter en sneller met een moderne mediatheek met internet. Het besluit zou ik herformuleren als volgt: laten wij een grondigheid en consequentie nastreven en de vier vaardigheden via een globale aanpak met didactisch inzicht consequent aanpakken. Hier valt weinig aan toe te voegen!
33. Europese school
Uit "Europese school zoekt ruimte in Brussel" ( ) blijkt eens te meer hoe belangrijk talen ingeschat worden. Het Europees perspectief leidt naar een keuze van de negen (en niet zeven zoals vermeld) E.E.G. talen. Ondertussen is dat aantal drastisch verhoogd. Het is hoog tijd dat op zeer ruime schaal - ook voor migranten en niet bij voorkeur voor kinderen van E.E.G. (E.U.)- ambtenaren - een basisopleiding Nederlands opgestart wordt. Dit gebeurt reeds maar op amateuristische basis. Ondertussen is er de gekende wildgroei aan initiatieven. Zo'n project verdient een deskundige onderbouw, een functionele (d.w.z. een audiovisuele) methode en een onderwijs met de modernste middelen. Wij staan zeer kort bij goedkope maar zeer krachtige audiovisuele middelen die de "reikwijdte" van de leerkrachten die willen, sterk zullen verruimen en de tijd die besteed wordt aan het belangrijkste in het talenonderwijs - het inoefenen - aanzienlijk zal verkorten. Waar een wil is, is een weg ! Wie zal de weg uitstippelen en wanneer wordt hij gerealiseerd ? Het potentieel is alleszins aanwezig. Het is een grote didactische ramp dat de tegengestelde beweging bezig is. Er kwam geen alternatief voor de avsg-methode niettegenstaande de multi-mediale mogelijkheden vergrootten. De zelfcorrectieve mogelijkheden binnen de talenpractica verdwenen tussen de mazen van het net. De oefeningen lijken meer op bezigheidtherapie dan op een leersituatie. De gulden regel is : wat men beter of even goed thuis en alleen kan, doet men daar en men verliest er zijn tijd niet mee in de scholen! Er komt ondertussen weinig schot in de zaak. Een didactisch doordachte methode voor absolute beginners – het 0 – niveau – blijft uit. De interactieve componenten voor het inoefenen en herhalen, verdwenen zelfs in de scholen die reeds 40 jaar terug de toon aangaven. De meerwaarde is zoek! Wie vist ze opnieuw op ?
34. Gehandicapten
Wij, al wat minder zienden, "brillend", juichen uw initiatief voor een braillekrant toe. Als een krant iets is voor iedereen, zonder drempels, moest dat. Het heeft wel lang geduurd, maar beter laat dan nooit. Wordt er ook verder gedacht ? Multimedia via computer misschien ? En waarom geen afstandsonderwijs lanceren via de krant ? Als een aantal organisaties, die het algemeen belang zouden moeten verdedigen, in het volwassenenonderwijs talen en informatica willen beperken, kan de krant die basiscomponenten inzake communicatie misschien overnemen. Als de ene de drempel plaatst, is het goed dat een ander hem wegneemt. Toegankelijkheid bevorderen voor de zwakken, fysisch en intellectueel, blijft onze volle aandacht opeisen. In het AVC in Meise waren wij de eersten met een afstandsbediening voor gehandicapten in het talenpracticum. De rolstoelen konden niet tussen de cabines. Het probleem werd opgelost. In samenwerking met de braille-liga, werd de bediening mogelijk gemaakt voor blinden. Onder de toetsen kwam een brailletekst voor de blinden.
35. Intenties
In zijn nieuwjaarstoespraak van 2008 zei burgemeester Belgrado : “Vooreerst het AVC voluit : AVC-CVO Ingevolge het nieuwe decreet inzake Volwassenonderwijs van de Vlaamse regering van 1.12.2OO6 worden alle centra in Vlaanderen beheersmatig onderverdeeld in 13 regionale consortia. Onze gemeente is ingedeeld in regio 5 voor Meise locatie Wolvertem en in 6 voor Meise locatie Jette, samen goed voor zowat 5.OOO leerlingen. Het is de bedoeling en daarenboven de enige betrachting van de Inrichtende Macht (= de gemeente Meise) om samen met de directie de betrekkingsvastheid van het onderwijzend corps ( 8O personen ) te waarborgen. Enkele bedenkingen hierbij : In het nieuwe decreet blijft men vaag over het begrip ‘Inrichtende macht - bestuur’. Gemeentebesturen zitten mijns inziens in een nadelige positie. Alles is gericht op regionale werking. Een gemeentebestuur is echter beperkt tot haar grondgebied en kan geen uitgaven verantwoorden buiten de gemeente. Een tweede nadelig gevolg van dit decreet bestaat uit de opsplitsing van de capaciteit van de school over twee consortia. De vestigingsplaats Jette mag in de toekomst geen nieuwe initiatieven ontwikkelen. Jette werd opgericht in 1988 door een bijzonder koninklijk besluit dat de gemeente toelating gaf gesplitste klassen op afstand in te richten. Als binnen kort Brussel-Halle-Vilvoorde gesplitst wordt vervalt dit K.B. Het is dus hoog tijd dat Meise zich bezint over haar toekomstige situatie. De Adviescommissie die niet meer voorzien is in het decreet, maar rechtsgeldig is door haar oprichting door de toenmalige bestuurscommissie in 21.3.2000 kreeg de kans niet zich hierover uit te spreken omdat ze niet meer samen geroepen werd na 28.11.2002 toen de directeur de toepassing vroeg van TBS58+, waardoor er co-directeurschap ingesteld werd.
35. Wildgroei
Hugo Weckx en het taalonderwijs in Brussel, in de jaren 90. Wij juichen de aandacht van de minister inzake taalonderwijs uiteraard toe. Het gevaar dat opnieuw om de hoek opduikt is, dat nieuwe parallelle circuits dreigen te ontstaan. Ingevolge het succes, reeds 25 jaar geleden, van het taalonderwijs in Vlaanderen, ontstond een wildgroei op het terrein. Elke Vlaamse minister die zich respecteerde richtte toen in zijn departement taalcursussen in, terwijl in het onderwijs voor sociale promotie de remwet gold. Nu gaat men inbinden en dreigt Brussel uit de boot te vallen. Bovendien stevent men lijnrecht op "lokettenonderwijs" voor migranten, allochtonen, anderstaligen, ... af. Functioneel taalonderwijs in de cursussen volwassenenonderwijs zijn meer dan onderwijs. Zich uiten in een taal is een stuk van zichzelf prijsgeven, zijn attitudes blootleggen. Dus : de leerschool bij uitstek voor multicultureel samenleven. En zo geschiedde! De wildgroei neemt maar toe. Coördinatie is zoek. Wie ontwart het kluwen ?
36. Böll
In D.S.L. verscheen : Wat doet een Duits soldaat om de verveling te verdrijven ? Heinrich Böll studeerde Nederlands. Al viel het hem vrij zwaar. ‘Ik ga proberen nu nog wat Nederlands te leren’, schreef hij op 24 februari 1941. ‘Wel niet uit ambitie of omdat ik van die taal hou, maar enkel om mezelf de resterende veertig minuten wakker te houden; al is het de taal van een vermoeid en volgevreten volk, toch wil ik proberen haar (…) in een soort coca-cola om te zetten; maar de moed zinkt me al in de schoenen wanneer ik denk aan al die ontelbare oo’s en aa’s en au’s en ee’s en ei’s en oe’s. Is dat niet puur gegeeuw ? Ik zou me goed kunnen voorstellen dat een erg sensibel iemand, wanneer hij moe is, (…) bij het lezen van een Nederlandse tekst midden in het vierde of vijfde woord begint te geeuwen; afgezien van alle sensibiliteit is het lichamelijk zelfs heel gemakkelijk te verklaren; stel je maar voor dat je moe bent en het woord ‘boomgaard’ moet uitspreken, , dan – of bij de oo of bij de aa – je geeuwspier ineens vast gaat zitten en je onderkaak open blijft staan, en dat alles loopt uit op een jammerlijke geeuw. Nederlands is echt een taal voor mensen die het na een al te copieuze maaltijd (…) over kaas hebben, langzaam, bedachtzaam met de grootst mogelijke rust …’ Zo sprak Heinrich Böll… en of hij gelijk had!!!
37. Moedertaal aan anderstalige kinderen
In D.S. van 5.3 las ik "Minister sommeert schepen van Gent over Turks op school" en ik meen dat hij dat terecht doet. In het Vlaams parlement werd er anders gereageerd. Daar werd nogal rond de pot gedraaid, zoals we van politiekers gewoon zijn. Op grond van mijn ervaring in Basisonderwijs en in het Volwassennenonderwijs en doorgedreven studie van taalonderwijs aan anderstaligen, kan ik enkel stellen dat dit nefast is voor het onderwijs van die klassen. Leerachterstand is het gevolg van taalachterstand! Die kinderen moeten zo snel mogelijk Nederlands leren. Dat dit op een ernstig deskundig onderzoek zou steunen, betwijfel ik ten zeerste. Als dat er was, is dat alleszins gebaseerd op een didactiek van de Moedertaal op zich. Het didactisch profiel van taalonderwijs aan anderstaligen leert wat anders. Functioneel taalonderwijs is hier aangewezen. Bovendien vind ik dat de andere kinderen gediscrimineerd worden. Als de Turkse kinderen dat krijgen, waarom de andere anderstaligen niet ?
38. Talen
In D.S. van 8.10.2007 las ik een artikel over “Levenslang talen leren”. Dat in het volwassenenonderwijs de vreemde talen het meest gekozen cursusaanbod uitmaken was al lang bekend. Dat men deze ‘talen aan anderstaligen’ hoort te noemen werd in de VLOR vastgelegd om het onderscheid met moedertaal te onderstrepen, vooral in didactiek. Het is wel bedroevend vast te stellen dat ze daar teruggekrabbeld zijn en een tweede benaming voor onze eigen taal invoerden : NT2. Hierover weidde ik reeds overvloedig uit. De top tien van de gegeerde talen werd in het kader van Europa reeds onderzocht en er werd een mooie affiche over verspreid. Daar komen uiteraard schommelingen in voor, onder invloed van veranderende omstandigheden, economisch en sociaal. Dat momenteel Nederlands aan anderstaligen uitbreidt is ten gevolge van de rush achter de subsidiëring aan. Wildgroei aan initiatieven is daar het gevolg van. Aan het feit dat er momenteel onopgeleide vrijwilligers massaal ingezet worden, daar moet dringend aan verholpen worden. De minister heeft echter door het verhogen van het inschrijfgeld de toeloop doen dalen met 20 %. De scholen sloegen in paniek en staakten zelfs. Maar ze vergaten dat ze zelf reeds verhoging invoerden volgens dat het hun uitkwam o.a. voor informatica. De 23 officiële talen zouden met steun van Europa en de ambassades in Brussel moeten onderwezen worden, op het 0 – niveau volgens de principes van de audiovisuele structureel globale methode en hoger volgens de allernieuwste cross-mediale technieken, in één gespecialiseerde Europese school! Daar pleit ik al jaren voor.
39. Spreken
In D.S. van 12.11.2007 ‘Nederlands op school’ merkt men terecht op dat allochtone kinderen aangemoedigd dienen te worden om zoveel mogelijk Nederlands te spreken, binnen en buiten de schoolpoort. Wat is hun beginsituatie ? Als ze op het 0 – niveau starten hebben ze reeds een leerachterstand t.o.v. onze Nederlandstalige kinderen van minimum 3 jaar (als ze al vanaf die leeftijd in het kleuteronderwijs stappen). De tweede handicap is het feit dat ze thuis geen Nederlands zullen spreken, tenzij de ouders Nederlands spreken en dat deze de voertaal is thuis. Dus de ouders moeten ook zo snel mogelijk Nederlands leren. Maar die hebben uiteraard een enorme achterstand t.o.v. de Nederlandstalige ouders. Een plaats geven in de klas aan hun moedertaal is terug naar af. Bovendien is dat vaak onmogelijk omdat er zoveel verschillende allochtonen in de klas zitten. Welke taal ga je dan kiezen ? De Foyer gaf een map uit ‘Thuis spreek ik ook!’; online : www.foyer.be Bru-taal werkt met vrijwilligers www.bru-taal.be Arch’educ en Vormingplus hebben café combinne www.cafecombinne.be Het steunpunt vrijwilligerswerk Brussel pakt uit met ‘het punt’ www.hetpuntbrussel.be
40. leerachterstand
In D.S. van 20.11.2007 stond ‘School maakt geen verschil’. Uit een onderzoek over begrijpend lezen in het 4de leerjaar zou blijken dat de schoolresultaten bijna uitsluitend bepaald worden door de gezinssituatie. Die is uiteraard enorm belangrijk. Maar in het adagio “van alle fouten van de opvoedelingen zijn de opvoeders de oorzaak” wordt de zwarte piet dan doorgeschoven naar de ouders. Ik geloof dat de leerkracht, die beantwoordt aan het profiel dat ik schetste, wel degelijk HET verschil kan maken. Maar dat zijn witte raven en dus uiterst zeldzaam. In het artikel stelt men dat de scholen onderling niet zouden verschillen. Ik betwijfel dat ten stelligste. Bovendien is de gebruikte functionele leesmethode in het eerste leerjaar ook doorslaggevend. In veel scholen wordt van in het eerste leerjaar reeds een achterstand uitgebouwd, die sterk kan oplopen, naar gelang de gebruikte leesmethode en het talent van de leerkracht. Het verschil zou volgens dat artikel gemaakt worden door de opleiding van de ouders, de taal die thuis wordt gesproken en de boekenkast. Ouders met een lagere opleiding besteden vaak meer aandacht aan hun kinderen. De interactie tussen de ouders en de leerkracht is hier cruciaal. De grafiek met de 5 types leerlingen veralgemenen lijkt mij dan ook zeer gewaagd.
41. Uitwisseling
Op 22.1.2008 hoorden wij een pleidooi voor het uitwisselen van leerkrachten in Brussel tussen Franstalige en Nederlandstalige instellingen. Het gaat om Nederlands in Franstalige middens en Frans in de Nederlandstalige scholen. Al meer dan 40 jaar pleiten wij voor de native - speaker in het taalonderwijs aan anderstaligen. Dat is een meerwaarde voor de scholen. Het is één van de belangrijke punten in ons didactisch profiel. Het zou het cross-mediaal talen leren aan anderstaligen meer kwaliteit bieden. Jaren lang was het bij wet niet mogelijk, want de leerkrachten moesten in de Nederlandstalige scholen Belg zijn en een Nederlandstalig diploma bezitten. Ze sturen de leerkrachten wel heel Europa rond, om ervaringen uit te wisselen, maar de waarde van de native – speaker wordt halstarrig vermeden. De ministers van beide taalrollen zouden er nu voor te vinden zijn. Hopelijk zal dat ook voor het volwassenenonderwijs gelden!
42. Reactie
In DS van 26 juni verscheen een artikel over het standpunt van socioloog Jaap Dronkers “Weg met de multicultischool” van Ilse Degryse. Laat dat maar over aan de pedagogen! Voor het lager en middelbaar onderwijs heeft hij uiteraard een punt. Alhoewel mits een grondige inburgering vanaf de kleuterleeftijd, zou dat geen probleem mogen zijn. De achterstand die de kinderen, maar ook de klassen oplopen, komt door de gebrekkige kennis van het Nederlands. Daar moet eindelijk eens iets fundamenteels aan gedaan worden. Dan mag men eerst beginnen met het vastleggen van éénvormig gesproken Nederlands. Een doordachte didactisch opgezette methode, met gegarandeerd resultaat (zoals in de avsg methode met inoefening in het A.A.AC.ZC. practicum) is de volgende stap. Laten wij ook niet vergeten dat de multiculturele context van het volwassenenonderwijs daarentegen, de didactische meerwaarde bij uitstek is, voor succes voor talenonderwijs aan anderstaligen. De reden is vrij simpel : met veel verschillende moedertalen van studenten kan de leerkracht niet anders dan enkel de aangeleerde taal spreken. Als zij er dan bovendien in slagen om de studenten maximaal te laten spreken (oefenen) in de aangeleerde taal is succes gegarandeerd. Jef De Cuyper Eredirecteur en Voorzitter van de Bestuurscommissie (tot 5.8.2008) AVC Meise
43. Pisa onderzoek
Jaap Dronkers gebruikte in zijn studie het Pisa-onderzoek van http://pisa.oecd.org Dit is een test die om de drie jaar wordt afgenomen bij vijftienjarige scholieren in 57 landen. Hij peilt naar taalvaardigheid en naar de kennis van wis- en natuurkunde. In mijn reactie (zie vorige bijdrage) moet ik iets corrigeren. Dat onderzoek moet niet overgelaten worden aan pedagogen, maar ze moeten erbij betrokken worden. Zo’n onderzoek moet interdisciplinair gevoerd worden. Want in het artikel komen de zwaktes duidelijk op de voorgrond. Kennis wordt uitgeroepen tot het wondermiddel. Hier worden de doelstellingen op het laagste niveau gehanteerd. We moeten komen tot integratie (didactische doelstelling De Block). Er is ook sprake van een Vlaams onderzoek van Mieke Van Houtte, waarin aangetoond werd dat autochtonen meer interetnische vriendschappen krijgen op gemengde scholen dan allochtonen. Heel de benadering van deze problematiek zou vanuit didactische parameters moeten bekeken worden. Het gaat hier over een beginsituatie die uiteindelijk tot resultaten moet leiden, die vastgelegd worden via de doelstellingen. De randfenomenen kunnen via het didactische proces opgevangen worden. De auteurs van de avsg methode hielden reeds in 1986 een congres over multiculturaliteit in het talenonderwijs aan anderstaligen in de VUB onder de titel “Apprentissage des langues, plurilinguisme et pluriculturalisme. De resultaten werden gepubliceerd in Revue de phonétique appliquée 82-83-84 1987 onder redactie van prof. Raymond Renard.
44. Native speakers
In het Nieuwsblad van 2.2.2008 lezen wij dat de ministers Frank VdB en Marie Arena het initiatief namen om dit schooljaar, voor een beperkte periode, leerkrachten uit te wisselen. Dit is een eerste stap, maar die gaat niet ver genoeg. Ik pleit daarvoor al jaren, zonder succes. Zeker in Brussel moet het mogelijk gemaakt worden dat een Franstalige leerkracht in een Nederlandstalige school Frans onderwijst. Omgekeerd kunnen de leerkrachten Nederlands ingezet worden in het Franstalig onderwijs voor de lessen Nederlands. Dat vormt een meerwaarde voor het onderijs. Maar de wetgeving vooçrzag dat een leerkracxht de Belgische nationaliteit moet hebben en bovendien een Nederlandstalig diploma. Is dat niet al lang voorbij gestreefd, door de eenmaking van Europa en de gelijkschakeling van de diploma’s ? Een bijkomende reden is uiteraard het feit dat de Franstalige leerlingen die massaal inschrijven in het Nederlandstalig onderwijs om de allochtonen te ontlopen, beter Frans spreken dan de Nederlandstalige leerkrachten. In het Franstalig onderwijs is dat echter niet het geval. Maar daar zou dat ook zo zijn, moesten de Nederlandstalige leerlingen massaal gaan inschrijven in het Franstalig onderwijs.
45. Wikipedia
In 1967 kocht het gemeentebestuur van Meise een talenpracticum onder impuls van Jos Chabert. Jef De Cuyper kreeg de opdracht 6 talen aan te leren aan de geïnteresseerden en werd opgeleid door Ir. Erich J. Ley, de uitvinder van het systeem. In 1968 bestudeerde hij met Henri Degraef de avsg – methode voor anderstaligen (Zagreb – St.-Cloud-Mons). De combinatie hiervan met het unieke talenpracticum zorgde voor een enorm succes. Zie http://blog.seniorennet.be/cl of http://users.pandora.be/jef.de.cuyper In 1972 richtten wij met het C.C.Strombeek daar ook taalleergangen op. Minister Claes zou deze samenwerking opheffen. In 1987 werd een kleine school huishoudelijk naaien in Jette opgeslorpt en een jaar later mochten wij gesplitste klassen op afstand inrichten achter het UZ-VUB i.s.m. het gemeentebestuur van Jette. We startten ook een afdeling Informatica. In 1990 kregen wij een eigen gebouw in het oude internaat Kindje Jezus in Wolvertem. In 1996 kocht de gemeente Meise het gebouw Sancta Maria aan en kregen wij eindelijk eigen lokalen. Zie www.avc.be
46. Voorrang spreken
Wim De Vilder van één mocht deze week het dictee voorlezen in de K.U.B. Het werd afgelegd door anderstaligen die de universitaire cursussen Nederlands beëindigden.
De Russische woordvoerster van niveau 3 kon het amper uitleggen. Haar uitspraak was niet vlot en zat vol vreemde klanken. Dat lijkt misschien bevredigend, maar dat kan veel beter. Dat is uiteraard te wijten aan de overdaad aan theorie, die het meisje in deze cursus te verwerken kreeg. Ik dacht onwillekeurig aan het eindgesprek dat ik voerde met een Sloveense na niveau 1 en dat superieur was.
De studenten moesten enkel woorden invullen in een tekst. Ik hoop voor hun dat het woorden waren, die ze effectief zullen gebruiken. De resultaten van de test interesseren mij.
Waarom zet men alles niet in op conversatie ? Het schrijven moet toch kunnen geleerd worden met een degelijke cursus op de P.C., zonder leerkracht. Dat is een opdracht voor het afstandsonderwijs. Bovendien beschikken alle tekstverwerkers over een degelijke spelling - en grammatica controle.
De resultaten bij ons, waren alleszins stukken beter. Dank zij de avsg-methode en het grondig inoefenen in het interactief AV.A.AC.ZC. - talenpracticum, kon men het onderscheid met de uitspraak en de vlotheid van een native - speaker amper horen. Op het einde van niveau 1 (240 lesuren van 50 minuten) liet ik hun opnames zien en horen van interviews die afgenomen werden van anderstalige leerkrachten die in hun land Nederlands aanleren. Deze gesprekken werden opgenomen door de V.R.T. na een intensieve bijscholing aan de R.U.G. Tot hun opperste verbazing konden onze studenten vaststellen dat zij veel vlotter en correcter spraken. De bagage woordenschat en theorie van die leerkrachten zal zeker veel hoger geweest zijn. Maar ja, men moet zijn prioriteiten stellen, om degelijk en snel blijvend resultaat te boeken.
Laat ons hopen dat dit fameuze dictee niet evolueert naar een Vlaamse versie van het groot dictee van de Nederlandse taal in Nederland.
47. Leerkracht
N.a.v. 5 oktober, wereldleerkrachtendag, past het hulde te brengen aan hen die zich met hart en ziel, steeds meer, inzetten voor de schoonste taak die er bestaat : anderen iets beters bijbrengen.
Het begrip leerkracht werd sterk gepromoot door Aloïs Gerlo, tijdens zijn cursussen Historische Pedagogiek en Algemene Methodenleer. Hij sprak altijd van de kracht van de leerkracht.
Ik geloof, vanuit mijn ervaringen, in de onbeperkte mogelijkheden van de leerkracht. Zeker nu, dank zij de P.C. en zijn toepassingen, de reikwijdte van de leerkrachten quasi onbeperkt is, blijkt dat nog meer waar dan vroeger en is het steeds meer een zegen leerkracht te kunnen zijn.
Daartoe verdient de leerkracht de beste omkadering. Het didactisch materieel waarover hij beschikt moet eigentijds en vooruitstrevend zijn. Een P.C. en een beamer horen in elke klas. Een kleurenfotocopiëerapparaat hoort bij de basisuitrusting... Ik kan nog wel even doorgaan!
Wij moeten natuurlijk met onze twee voeten op de grond blijven.
Een uitstekende leerkracht werd mij eens omschreven door wijlen Maurits Naessens als iemand met zijn kop in de wolken, maar met de voeten stevig op de grond. Als hij enkel over de eerste kwaliteit beschikt, wat wel meer voorkomt, is er iemand ernaast nodig om opstijgen te voorkomen.
Maar ons ideaal is helaas niet aan iedereen gegeven. Het vergt een attitude die gebaseerd is op kwaliteitsrevolutie. Gedrevenheid om zich steeds opnieuw in vraag te stellen, permanent bij te scholen en vooral om aan onmiddellijke kwaliteitsverbetering te doen zijn essentiëel.
Ik zou zeggen : "Just do it, but do it in excellency!"
48. Compatibel
In "Samenleving en Technologie" Brussel 28.4.1983 GERV berichten 41, december 1983 pag.89 : De heer J.De Cuyper (Gemeentelijke Taalleergangen - Audio - Visueel Centrum Meise) stelt dat het aanbod van de leermiddelen sterk gecommercialiseerd is. Hij vreest t.a.v. de micro - elektronica dat de didactisch beste systemen onbetaalbaar worden en van de markt verdwijnen, zoals dat het geval is geweest met de audio - visuele middelen. Hij stelt vast dat echte interactieve computersystemen met de meeste didactische mogelijkheden te duur zijn voor de scholen. Bovendien zijn weinig systemen compatibel. Hij pleit ervoor dat de industrie zorgt dat alle microcomputers en hun software onderling compatibel worden. Ofwel dient een onafhankelijk, objectief en deskundig centraal adviesorgaan te worden opgericht in het ministerie, dat de scholen informeert bij de keuze van de computers. Tenslotte hoopt hij dat de universiteiten hun potentieel rechtstreeks ten dienste stellen van de scholen.
In 1983 kostte een computer bijna een half miljoen Belgische frank (€ 10000,00). De commercialisering gaat verder. Gelukkig zijn de prijzen sterk gedaald. Er zijn echter nog interessante systemen die te duur zijn. De compatibiliteit is sterk verbeterd dank zij de informatica. De rest laat ik aan uw oordeel over.
49. De verhouding klank en schrift
In het kader van ons onderzoek naar de leerresultaten in ons AACC-talenpracticum, dat in Meise en in Strombeek gebruikt werd, zochten wij naar observering met eenvoudige notities. Zo werden de diacritische tekens (D.T.) van het fonetisch schrift, met voorbeelden van transcripties in 7 talen ingeleid. Maar zeer snel bleek, dat dit voer voor specialisten was. Zo zijn we overgeschakeld naar het vaststellen van wat we de fonemen kunnen noemen in verschillende talen. Het gaat hier over het éénduidig opschrijven van wat men hoort, dus de verschillen tussen klank en schrift. Bij het aanvankelijk lezen komt dit probleem ook op de voorgrond. Daar noemt men dit de leessymbolen Kinderen hebben echter reeds een uitgebreide verbale taalbagage. Om snel te leren lezen moeten ze op grond van wat ze zien, alles kunnen betekenisvol verklanken. Anderstaligen op het 0-niveau missen echter de verbale taalbagage. Daarom is het veel eenvoudiger van in het begin, enkel met dialogen (scenario's) te werken en het schrijven en lezen uit te stellen. De betekenis kunnen ze vatten via het beeld (visueel).
50. Leeftijd
Het advies van die dag luidde : In Persoon en Gemeenschap 36ste jg febr.1984 nr.6 pag.234 stond een artikel over de "Optimale leeftijd voor vreemdetalenonderwijs". Freinet in het secundair onderwijs in "Westerman Pädagogische Beiträge". Wij zouden abonneren op "Outcomes" de kwartaalbrief over Mastery Learning, maar dat is niet gebeurd!? Op 21.2.1984 hield prof. Devriendt een bijscholing over de "Audiovisuele Structureel Globale Methode" Het ontbrak ons dus niet aan ideeën en daadkracht, om de kwaliteit van ons talenonderwijs op te voeren
51. Jung – In Seoto
Af en toe duikt er uit het Oosten een pedagoog op die het sneller leren van andere talen denkt uitgevonden te hebben. Zo stootte ik op een video-opname van VRT I uit 1999 van een methode volgens de gevoelsinterpretatie. Zij komt uit Seoul en komt van Jung - In Seok. Er wordt intensief gewerkt op de mimiek met als doelstelling het Engels te spreken zoals een Native Speaker. Deze reslultaten tonen geforceerde bewegingen van lippen en kaken. De uitspraak is niet beter dan in het traditioneel onderwijs en blijft ver achter op de resultaten van onze avsg - methode. Op koppen vertoonde men gisteren een operatie van een Franse vrouw waarbij haar hond, haar neus en mond weg beet. Een wonderlijke transplantatie gaf uitstekende resultaten. Het resultaat van haar spreken deed mij denken aan de getoonde sprekers bij de beschreven methode, met dit verschil dat het bij de transplatatie als wonder heet.
52. Ongelijk onderwijs ?
Deze titel uit het debat hieromtrent op VRT staat naast de kwestie die behandeld werd. In het klassikaal onderwijs is het aanbod gelijk voor iedereen. De benadering van de leerling door de leerkracht kan verschillen. Maar de meeste leerkrachten verdelen hun aandacht en zorg minutieus over alle leerlingen. De leerlingen zijn echter niet gelijk. Dat men dat wil of niet, dat is een feit. Er zijn nu eenmaal hoogbegaafden en minder begaafden. En dat beginsituatie bij de allochtone kinderen ongelijk of anders is, dat ligt in de eerste plaats aan hun situatie, henzelf of hun thuis. Voor alle kinderen geldt : Thuis moeten ze optimaal voorbereid worden door de taal waarin ze zullen leren altijd goed te spreken en dat is zo voor ALLE kinderen. Het onderwijs zelf zou in kleinere groepen moeten. Mastery learning is het ideaal, maar onbetaalbaar. Het kleuteronderwijs zou verplicht moeten worden. I.p.v. leerplicht zou er diplomaplicht moeten komen met een evaluatiesysteem dat niet steriel is zoals nu het geval is. Spijbelen zou met 0-tolerantie moeten aangepakt worden, ook aan de universiteit. Als je weet wat er van ons belastingeld naar de studenten aan de universiteit gaat, dan vind ik het onverantwoord dat brossen toegestaan en zelfs aangemoedigd wordt (topsporters en artiesten !) Statistieken, Oeso rapporten en gelijke kansendecreten zullen daar niet veel aan veranderen. Just do it, everybody, everywhere!
53. Gastsprekers
In mei 1984 vestigden wij de aandacht op een artikel over "Luistervaardigheid in het vreemdetalenonderwijs" (Min. O. jg. XIX nr.4 april 1984). In die periode werd ons onderzoek naar de leerresultaten in het talenpracticum sterk opgevoerd en de in service training van de leerkrachten verder op punt gezet. Studenten Germaanse filologie van de V.U.B. kwamen modellessen volgen bij ons. De begeleiding in de avsg - methode in de school gebeurde toen met gastsprekers, want Rik Degraef moest afhaken, om wille van zijn drukke agenda. Hij werd inspecteur bij het katholiek onderwijs. We gaan even terug in de tijd. In mei 1983 schaften wij de term examen af. Het werd : "opmaken van het eindverslag over de gespreide evaluaties van het schooljaar". Dat was de aanzet tot eigentijdse en volwassen evaluatie van volwassenen. Voor Duits kwam professor Klein, de auteur van "In Bonn" ons bijscholen. De groep Frans zette een semenwerking op met de Nato, waarbij mevrouw Cortillon uitleg verschafte over "Archipel". Wij trokken ook naar Aalst voor een studiedag over het didactisch gebruik van de computer.
54. Integratie
Ik hoorde eergisteren een gek idee op de radio over integratie en onderwijs aan anderstaligen. Om allochtonen beter te integreren zouden ze volgens de 'verlichte geest' de lessen overal in het Latijn moeten geven. Dan hebben ze, volgens de beller, gelijke kansen. Dat zou betekenen dat we de kansen van onze eigen kinderen zouden moeten gaan terugschroeven en onze eigenheid opgeven om zogezegde gelijke kansen te creëren. Een dode taal gaan activeren is werk voor archeologen en antropologen. Als je zo verder redeneert zou men evengoed een dialect of een kustmatige taal kunnen gebruiken. Onderwijs, behalve talenonderwijs aan anderstaligen, gebeurt vanuit de moedertaal. Je kunt beter gelijke kansen creëren door alles in de aan te leren taal te doen in talenonderwijs aan anderstaligen. Dat is een objectieve didactische meerwaarde. Ik heb deze idee destijds vruchteloos proberen te laten opnemen in de resoluties van het Congres van de Brusselse Vlamingen. Het strandde op de nefaste invloed van de aanwezigheid van kinderen met taalachterstand in het Nederlandstalig basisonderwijs in Brussel. Dat omkeren brengt geen aarde aan de dijk. Al wie algemeen basisonderwijs wil volgen in een andere taal moet inspanningen doen. Die inspanningen zijn uiteraard groter voor kinderen die uit een andere taal of cultuur komen. Aan die inspanningen moet iedereen zijn of haar energie spenderen. Dat men bovendien eindelijk eens begint met standaard Nederlands te definiëren : naam, uitspraak en schrijfwijze op een zo eenvoudig mogelijke wijze d.w.z. dat wat men hoort zo dicht mogelijk ligt bij wat men schrijft. Dat zal aarde aan de dijk brengen!
59 Samen werken
In L/83/4 werd een oproep gedaan voor een extra inspanning tot samenwerking : samen werken aan kwaliteitsverbetering rond een jaarprogramma, toelatingsvoorwaarden, evalueren, toelatingstesten en foutenanalyse. Samenwerking tussen onze school en de lagere school werd toen op bevel van schepen Catry zaliger gereduceerd tot een eenzijdige verdeling van polyvalent gebruik van de lokalen. Alle lokalen, op drie na, waren reeds jaren volgestouwd met kleutermeubilair. Als oplossing zetten wij stoelen met een schrijfplank achteraan in de klassen. Onze studenten werden bij bevel van de schepen verplicht de stoelen na de les achteraan in een bergplaats van 2 m op 2m te gaan zetten en wie comfortabel (?) wou zitten moest dan maar zelf een meubel gaan ophalen. Studenten met rugklachten werden aangemaand van dan maar te stoppen!??? Dit stond uiteraard in schril contrast met de inspanningen die wij leverden voor kwalitatief en hoogstaand onderwijs. Ik ben er nog altijd heel fier over dat onze studenten volhielden en dat wij 1679 studenten, niettegenstaande al de ons opgedrongen ongemakken, konden tevreden stellen. Tot 1985 steeg dit aantal ondanks tegenkanting van alle kanten tot 2153. In 1986 kregen wij door het invoeren van het inschrijfgeld een knik tot 1908. Maar in 1987 overschreden wij definitief de kaap van de 2000 : 2031 inschrijvingen.
61 Onderdompelingsmethode
Bij een interdisciplinair onderzoek in de V.U.B. door linguisten en neurologen werd bevestigd dat tweetalige kinderen minder hersenactiviteit nodig hebben om te leren. Het komt hier op neer dat kleine kinderen die via de "onderdompelingsmethode" twee of meerdere talen leren, ontvankelijker zijn voor nieuwe zaken. Bij deze zogezegde methode wordt alles echter te dikwijls aan het toeval overgelaten. De kinderen worden als het ware in een talenbad gestopt. Dit werkt echter enkel individueel, als het kind de kans niet krijgt om in zijn moedertaal te communiceren. Op taalvakanties met groepen spreken de kinderen te vaak onder elkaar, wat anders dan het beoogde doel : de aan te leren taal. Het onderdompelen beantwoordt aan ons didactisch profiel : alles in de aan te leren taal !
62 Multitasking
We leren minder goed als we afgeleid zijn door andere zaken. Verschillende taken tegelijk willen doen, brengt leersystemen van onze hersenen in de war. Wanneer we iets proberen te leren terwijl we ook andere dingen doen, dan is de kennis ervan 'minder flexibel' en meer gespecialiseerd. Met andere woorden, we kunnen de informatie niet zo gemakkelijk terugvinden. Dat schrijven onderzoekers van de University of California in de online editie van Proceedings of the National Academy of Sciences. (Bron EOS) Ze bestudeerden de hersenactiviteit van proefpersonen terwijl die een eenvoudige classificatietaak leerden, met of zonder afleiding. De studie toont aan dat als we leren terwijl we tegelijk ook andere dingen doen, we andere hersensystemen gebruiken. Wie iets nieuws wil leren, concentreert zich dus maar beter op die taak alleen.
65 Basiseducatie
Alle aanbieders van volwassenenonderwijs komen deze dagen in het nieuws, want het nieuwe werkjaar is gestart. "De springplank" deelde in het kader van de geletterheid soep uit met letters. Er zouden in Vlaanderen 800.000 ongeletterden zijn. Dat zijn Vlamingen die niet kunnen lezen, schrijven en ev. rekenen. Dat is reden genoeg voor de Centra voor Basiseducatie om bij hun oorspronkelijke decretale taak te blijven : onze mensen leren lezen, leren schrijven en rekenen. Dat ze er de migranten bijnemen is maar normaal. Maar een taal leren spreken moet voorbehouden worden aan gespecialiseerde centra, zeker op het o-niveau. Er is ooit in de Vlaamse onderwijsraad een plan geweest om talenonderwijs aan anderstaligen op lager secundair niveau over te hevelen naar basiseducatie. Dat was nog geen slecht idee, ware het niet dat het gekoppeld werd aan de wetgeving rond traditioneel onderwijs (lager, hoger secundair). Het 0 - niveau werd hierbij genegeerd en er werd zelfs een toelatingsproef vereist om van 0 te beginnen. Dat is toch idioot! Inhoudelijk is er ook een wildgroei van methodes om te leren lezen. Bij een eigen onderzoek, in de jaren zestig, stelde ik de vreemdste dingen vast. Ik heb toen alle bestaande leesmethodes vergeleken en een eigen leidraad ontworpen om zelf een leesmethode te maken. De resultaten waren overdweldigend. Al mijn leerlingen van 6 jaar konden lezen op Allerheiligen (na twee maand). Mijn bevindingen staan in een eigen bundel die ik ooit wilde publiceren. Men heeft mij toen naar Nederland verwezen, want Vlaanderen zou toen niet rijp geweest zijn voor een dergelijk werk (dixit de uitgever). Ik hoop dat de toestand ondertussen verbeterd is.
66 Huis van het Nederlands
In de Randkrant van augustus stond een advertentie : Nederlands leren ? Apprendre le néerlandais ? Do you want to learn Dutch ? De ondertitel luidt : “Waar kunt u terecht ?” Huis van het Nederlands. Is het nu de bedoeling dat de kandidaten de omweg maken via deze nieuwe initiatieven? Dit is een verkeerd signaal! Want in het lijstje staan Antennes en Loketten, maar niet de traditionele aanbieders van volwassenenonderwijs. Via informatie van onze schepen van onderwijs verneem ik, dat die nieuwe initiatieven of ontvangsthuizen zelfs niet in de CVO’s gevestigd mogen worden. In NW Brabant kennen anderstaligen al van in de jaren zestig de weg naar de lessen Nederlands voor anderstaligen. Gaat de wildgroei verder? Het is al erg genoeg dat de aanbieders opnieuw wild programmeren tegen elkaar op, niettegenstaande consortia (vrijblijvende afspraken regionaal in het decreet). Nog erger is dat er verder gesold wordt met de benamingen. Voor mij is er maar één Nederlands en dat moet dringend gestandaardiseerd worden : benaming, uitspraak en schrijfwijze. Werk a.u.b. aan kwaliteitsverbetering! Nieuwe aanbieders klagen al lang steen en been dat er onvoldoende mogelijkheden zijn om Nederlands te leren. Ik houd al van bij de eerste initiatieven van de provincie Vlaams Brabant vol dat het aanbod bij ons voldoende was, als ze de aanbieders,die hun degelijkheid al bijna 50 jaar bewijzen,niet zouden afremmen ten bate van wie dan ook! Er is eindelijk wat meer flexibiliteit voor de CVO’s, maar ik herinner mij de tijd dat wij als het ware in een dwangbuis moesten werken! De inspanningen van de werkgroep Nederlands aan anderstaligen in de Vlaamse onderwijsraad in zake uniformisering van benamingen blijken ook al een maat voor niets geweest te zijn. Ik denk overigens dat de circulaire die voor Vlaams Brabant tweetalig (N F) is met op de ommezijde Engels, ook een verkeerd signaal inhoudt. De voorzijde zou ééntalig Nederlands moeten zijn en op de ommezijde Zeker Engels, want daarmee bereik je de meerderheid van de anderstaligen. Voor mij mogen er ook alle Europese talen op! Er zou mijns inziens ook een volledig aanbod van alle Europese talen moeten gepromoot worden door een gespecialiseerd instituut in Brussel : een opdracht voor de VGC. Van daaruit zou de promotie van het Nederlands aan anderstaligen veel efficiënter kunnen.
67 Medi TECH Electronic
De SGAV (avsg- methode) voor talenonderwijs aan anderstaligen vloeide voort uit onderzoek van Guberina in Zagreb bij doofstommen. Hij bracht reeds hardware uit om het gehoorspectrum uit te breiden : de suvalingua. In EOS verscheen een artikel : “Dyslexie wijst weg naar nieuw taalverwervingssysteem”. Amper 49 % van de Europeanen zou een tweede taal machtig zijn. Ralph Warnke van Medi TECH Electronic herhaalt dat het probleem voortkomt uit het feit dat een taal veel te intellectueel aangepakt wordt. Wat de auteurs van de SGAV reeds in de zestiger jaren en vroeger, internationaal poneerden wordt in het project Lanuage Acquisition with the instinct of a child (FLIC° vanuit een andere invalshoek herontdekt). Nu heet het : een nieuwe, door technologie ondersteunde methode ontwikkelen om met toepassing van innovatieve taalkundige concepten (motherese = taalgebruik van ouders tegen hun kinderen, medeklinkerversterking, lateraaltraining, stemfuzie) talen leren. Bij de SGAV klonk het : heropvoeding van het gehoor, dialogen, beeld en klank, … De hedendaagse technologie biedt nieuwe mogelijkheden om nog meer te halen uit interactieve verbale leerprocessen door spraakherkenning, toepassing van recente bevindingen van neurowetenschappen, informatica … In de praktijk komt het er echter op aan, leerkrachten te vinden die er willen in geloven en voluit voor gaan. Bovendien zou de ontwikkeling van een nieuwe methode multidisciplinair moeten aangepakt worden. Naast de neurowetenschappers, ingenieurs en filologen mogen de didactici (pedagogen) niet ontbreken.
68 Nieuwe spreekrecht
Het centrum voor basiseducatie pakt uit met een nieuwe methode voor Nederlands aan anderstaligen, van de hand van auteurs Anja Geerdens en Els Schoemaker.. Zij zijn op de goede weg in het spoor van de SGAV. Het eerste principe is ‘taakgericht werken’. In de avsg-methode heette dat : onmiddellijk oefenen, zoveel als mogelijk in de praktijk brengen. Een belangrijker evolutie in de goede richting is het werken met scenario’s. Dat is evident. Te veel werd een andere taal aangeleerd via de geschreven taal. Dat ze daarvoor een ‘resonansgroep’ nodig hadden om dat te ontdekken is onbegrijpelijk. “ Het taalaanbod is een weerspiegeling van de taal zoals ze in de alledaagse situaties voorkomt”, schrijven ze. De auteurs van de SGAV gingen destijds (jaren 60) op pad met bandrecorders om de dagdagelijkse gesprekken te registreren. Foto’s staan op begeleidende CD-rom. In de SGAV werkte men met getekende dia’s. Daar werd de achterliggende grammatica geïntegreerd, wat met foto’s onmogelijk bleek. Het vastleggen op band van de klank en het beeld op dia’s maakte van de avsg – methode een geprogrammeerde cursus. Het basismaterieel kon niet veranderen. Dat was nefast en moest verholpen worden via inzet en creativiteit van de leerkracht. Die ontbraken vaak. Cursisten moeten in “Nieuwe spreekrecht” zelf aangeven of ze een doel wel, niet of slechts gedeeltelijk bereikt hebben. Dit wordt verpakt in de mooie term “ zelfevaluatie”. Dat lijkt mij op elementair niveau onmogelijk. Na het eerste, niveau kan men daar mijns inziens wel mee beginnen. NEcl I werd zo geëvalueerd door de studenten zelf na 240 u. oefenen waarvan 160u. in de klas en 80 u.in het talenpracticum In de handleiding staat een opsomming van doelen, taken, contexten, ondersteunende elementen en sleutelcompetenties per hoofdstuk. Dit geeft voedsel voor “de honger naar gesneden brood” die de leerkrachten blijven vertonen. Ik kijk met belangstelling uit naar een presentexemplaar, om deze analyse grondiger te kunnen doen.
69 Chinees
Het is ontzettend jammer dat voor de programmatie van Chinees in in de streek niet gekozen werd voor de avsg – methode. Het aggiornamente van de sgav situeert zich in China en er is een echte sgav methode op de markt. De vereniging Belgo-Chine geeft cursussen volgens de SGAV – methode. Want de auteur, die ik ontmoette in het internationaal congres van de SGAV in Toulouse, ontwierp die methode. Meise, Grimbergen en Merchtem geven Chinees, maar op een traditionele manier. Aan de VUB start men met Chinees in het kader van een startende onderneming met studenten economie en een Chines lesgeefster. Er zou ook beter onderling overleg gebeuren in het kader van een consortium. Dan zou mijn droom, hereniging van de scholen die ik oprichtte (Strombeek en Meise) werkelijkheid kunnen worden. Een avCVO, met kwaliteitslabel, gebruikt die methode, maar vult ze aan met het didactische profiel van dit pedagogisch systeem. Ik voel het persoonlijk als een drama aan dat niemand , zoals mijn collega in China, zelf het heft in eigen handen nam en met de huidige mogelijkheden op multi-mediaal gebied een eigen werk presenteerde, beter dan alle andere. Dit had zeker voor Nederlands aan anderstaligen gekund. Ik heb altijd gepleit om de hand zelf aan de ploeg te slaan. Wat we zelf doen, doen we beter. Of is dit didactische utopie? Men zou helaas kunnen concluderen dat alle inspanningen qua bijscholing niet het beoogde effect hadden. Nochtans nam ik voor zowel de sgav als het talenpracticum mijn voorzorgen. Die inspanningen leverden niet wat ik ervan verwachtte in het veld
70 Afstandsonderwijs
De huidige directeur van het AVCVO Meise, Luc Ooms is de drijvende kracht achter een samenwerking met het CLT Leuven op dit gebied. Vroeger was het GLTT van St. – Genesius – Rode hier ook bij betrokken.
In de studio in Meise worden multimediale taaloefeningen op de P.C. aangemaakt. Men kan op hun website www.avc.be onder taaloefeningen een kijkje nemen in dit project. Er is een rubriek voorzien, uitsluitend voor leerkrachten (er staat docenten). Het Audiovisueel Centrum beschikt over twee multimedialokalen waar cursisten hun opgedane kennis kunnen testen of verder uitdiepen. De oefeningen werken onder Firefox, Safari, Netscape en onder Internet Explorer (versie 5.5 of hoger). Via het menu ‘Help|Info’ kan je de versie van je Internet Explorer achterhalen. Indien je versie van IE niet recent genoeg is kan je ze opwaarderen. De laatste versie van Firefox kan je er downloaden. Voor het afspelen van de audio- en videofragmenten is de ‘RealPlayer plug-in’ onontbeerlijk. Laat je niet verleiden om de RealPlayer Plus aan te schaffen. De RealPlayer Basic, die gratis is, volstaat ruimschoots. Het wachtwoord dat toegang verschaft tot de site kan je verkrijgen bij je leerkracht. Een wachtwoord is niet vereist voor toegang tot een beperkte selectie van taaloefeningen. Wij zullen eens dieper ingaan op deze oefeningen vanuit het perspectief van deze rubriek en ons didactisch profiel.
71 Huisvlaamsbrabant
Een oud –student vroeg mij schriftelijk uitleg over deze instelling. In de ACV-kantoren wordt een circulaire verspreid om de huizen van het Nederlands te promoten. Dit samenwerkingsverband beoogt de toegang tot de lessen Nederlands aan anderstaligen toegankelijker te maken. Ik sprak mij al eerder uit over het feit dat de kortste weg de rechtstreekse weg is. Dit is een wiskundig principe : de kortste afstand tussen twee punten is de rechte. Ik vrees namelijk dat zich herhaalt wat in de jaren 70 gebeurde. Door het achterblijven van de cursussen sociale promotie (volwassenenonderwijs) in het federale ministerie voor onderwijs, begonnen de Vlaamse excellenties lessen op te zetten, ieder op zijn of haar terrein. Dat leidde mijns inziens tot versnippering en verspreiding. Wat mij toen ergerde is, dat wij in het AVC Meise moesten besparen en dat wij niet mochten programmeren, terwijl de nieuwe initiatieven ongebreideld konden uitzwermen. In het huidige decreet zijn consortia voorzien, die de coördinatie regionaal zouden kunnen opnemen. Maar dit is te vrijblijvend. Ondertussen neemt de provincie deze initiatieven en stel ik mij de vraag of de geschiedenis (70) zich herhaalt. De vraag was echter waarom Meise niet op de circulaire voorkomt. Op de ommezijde staat echter het logo van de avCVO’s die beantwoorden aan onze kwaliteitsnormen. Het algemeen logo van de CVO’s ontbreekt echter! Bovendien had ik graag Italiaans gevonden tussen de slogans : Nederlands leren? Dat kan! En zou ik eraan toevoegen : Just do it! Nog beter zou de slogan zijn in alle E.U. – talen. Ik zal mij rechtstreeks tot het Huis Vlaams Brabant richten om antwoord te krijgen op de vraag van mijn dierbare oud-student.
72 Axelle Red
In “de laatste show” op één gaf deze zangeres haar mening over talenonderwijs in België. Zij beweert dat haar kinderen op een spontane manier drietalig geworden zijn en dat men te laat met andere talen begint. Zij bevindt zich uiteraard in een uitstekende situatie voor dit doel. De meeste kleuters behoren tot een ander milieu. Minister president Yves Leterme repliceerde terecht dat de leefwereld in de rand en in de stad anders is. Hij wees ook op de taalachterstand van de allochtone kinderen in het onderwijs. Wij professionelen, kunnen hieruit een les trekken. Indien het lager onderwijs zich zou beperken tot eenvoudige conversaties en de scenario’s voldoende inoefent, staan wij al heel wat verder. Hetzelfde geldt voor de allochtone kinderen in de bijlessen Nederlands. Men verspilt te vaak tijd aan schrijven en theorie. Bovendien wordt dat snel vergeten.
73 Mandaat
De minister van onderwijs voert nu toch het mandaat in voor schooldirecteurs. Als men de functie van directeur, zeker in het volwassenenonderwijs, als een managersfunctie ziet, is dat zeker een goede oplossing. Mijn carrière duurde 29 jaar + 6 jaar voorzitter van de bestuurscommissie in het AVCvo Meise. Daarna werd ik voorzitter van DE adviescommissie, maar noch het gemeentebestuur, noch de directie vroeg ooit officieel advies. Het initiatief lag nochtans daar. Afstandelijk bekeken is dat in een traditonele structuur een te lange tijd. Ik zat echter in een uitzonderlijke positie, aangezien ik de school van niets uitgebouwd heb ondanks … Door een totaal gebrek aan visie vanuit het volwassenenonderwijs op hoger niveau zocht ik zelf de uitdagingen die ik nodig had en kon mij zo om de 10 jaar optrekken aan kwaliteitsrevolutie. Als men naar mandaten gaat en de directeur wordt vervangen, stelt men dat beter open voor iedereen (zelfs Europees). In de privé – sector doet men dat ook. Men moet naast de voordelen ook de nadelen opnemen. Dat de vakbonden daar tegen zijn, verwondert mij niet. Maar het is hoog tijd dat men het volwassenenonderwijs uit het traditioneel onderwijs haalt. De noodzakelijke aanzet en inzet tot kwaliteitsrevolutie houdt in, dat de netten en de politieke invloed in het volwassenenonderwijs verdwijnen. De studenten hebben daar geen behoefte aan en om de studenten gaat het toch, of niet ?!
74 Kennis
Ik reageerde op de leerkracht die een actie voor meer kennisgericht onderwijs opstartte. Marc, De kwaliteitsrevolutie in het talenonderwijs werd in de verkeerde richting gestuurd. Ik ken dit fenomeen. Maar dat begint waar u helaas ook tegen zondigt : begripsverwarring. Het eerste onderscheid dat moet gemaakt worden is, dat de didactiek van het taalonderwijs fundamenteel verschillend is in moedertaal en in vreemde talen. Ik begreep dat u het hebt over het secundair onderwijs. In mijn sector, volwassenenonderwijs, ligt de zaak enigszins anders. Kennen en kennis zijn geen louter didactische begrippen. In de discussie die gevoerd wordt, bekijkt men de zaak beter vanuit de doelstellingen van prof. De Block : weten, inzien, toepassen en integreren. Kennis komt in de vier niveaus voor. Als men van 0 begint moet men sterk doseren en moet de kennis 100 % geïntegreerd worden d.w.z. dat men van de eerste les af alles tot integreren opvoert bij alle leerlingen. Ik heb gedurende 29 jaar de afgestudeerde studenten van het secundair onderwijs over de vloer gekregen. Met het talenonderwijs gebaseerd op de didactiek van de moedertaal, was hun niveau bedroevend, niettegenstaande wij in de rand van Brussel zitten. De oorzaak was, dat ze veel kennis en theorie kregen die ze in de kortste keren vergaten. Daar hebben wij iets aan gedaan met enorm succes, maar ik moet helaas concluderen dat men het talenonderwijs aan anderstaligen beter in handen geeft van opgeleide specialisten. Ik had ook de eer om de laatste tien jaar een afdeling informatica op te richten. De inzet van deze mensen bewonder ik enorm. Want jullie zijn door de aard van het vak verplicht om aan voortdurende kwaliteitsverbetering te doen. De software evolueert zodanig, dat wie stil staat eruit gaat. Dat u oog hebt voor correct taalgebruik in de eigen taal siert u! Want daar moet men in de opleiding dringend wat aan doen. U begrijpt dat we ondertussen in een discussie zitten die lang duurt en nooit eindigt. Moest het u verder interesseren, bezoek dan eens : http://blog.seniorennet.be/cl of mijn persoonlijke website http://users.pandora.be/jef.de.cuyper en laat eens iets horen, want kwaliteitsverbetering eindigt nooit en is een voltijdse opdracht ook tijdens uw pensioen.
75 Decreet
Er is een nieuw decreet gestemd in de Vlaamse regering. Bij een snelle lezing kom ik tot het besluit dat er dringend informatie moet gegeven worden aan alle geïnteresseerden en betrokkenen. Voor de vuist weg : Basiseducatie en Centra voor Volwassenenonderwijs staan op gelijke voet in één decreet. Hun terrein moet afgebakend worden zonder overlappingen. De verklarende woordenlijst in het decreet kan efficiëntie bevorderen en begripsverwarring vermijden. De benamingen zijn niet didactisch geöriënteerd voor talen. Nederlands (moedertaal) en Nederlands aan anderstaligen volstaan. Specifieke leerkrachtenopleiding is een stap vooruit, maar specialisering voor talenonderwijs aan anderstaligen op internationaal niveau en interdisciplinair is dringend nodig. Het invoeren van mentor voor de leerkracht in opleiding is luxe, maar goed. Het woord evaluatie i.p.v. examen is prima. Contract tussen volwassen student en leerkracht zou nog beter zijn. Helaas duikt het woord examen verder in de tekst opnieuw op. Men blijft vast hangen aan het traditioneel onderwijs buiten enkele begrippen (o.a. agogiek) uit andere sectoren die opduiken. De consortia die niet meer vrijblijvend zijn betekenen een stap in de goede richting. Kennis- en ondersteuningscentra verwerven een plaats en de lokale comités kunnen voor een democratische impuls zorgen. Wij hopen dat ze echter voldoende ingebed worden in de lokale maatschappij en al haar geledingen.
76 TotalView
Vroeger beschikte het AVC over de laatste nieuwigheden op audiovisueel gebied.
Zo startten wij reeds in 1967 met het talenpracticum en overhead-projectie. De eerste rekenmachine kostte ons toen 10000 BF. Alle klassen kregen een bandrecorder en diaprojector. DE huidige Leertuin kreeg een kabelnet in alle klassen en borden met neigbare schermen. De PC startte met ZX-81 en ik kan nog een tijdje doorgaan… Toen de ‘beamer’ op het appel verscheen wou ik die gebruiken en moest ik mij noodgedwongen tot De Klimop in Westrode wenden (d.i. een lagere school die de eerste gebruiker van dit nieuw medium was in Meise). In EOS volg ik de ontwikkelingen op multi-mediaal gebied op de voet. Nu is er bij www.behere.com een systeem voor viedeoconferencing. Het stond reeds in het Oud Testament : als Mozes niet naar de berg kan, komt de berg naar Mozes. Haal de native – speaker in de klas en converseer alsof het live is. Het systeem omvat een TotalView videotelefoon met een camera met een 360° lens. Het werkt met VoIp (voice over IP) d.w.z. over een netwerk. De native speakers verschijnen op een TFT scherm. Het wordt reeds gebruikt in privé – bedrijven voor hun meating en bespaart enorme kosten voor verplaatsing en werktijd. Aangevuld met het onmisbaar mini – talenpracticum om intens in te oefenen, is dat de richting van de toekomst. De trein is al vertrokken. Spring erop!
301 Resultaat
In Schaarbeek opent een tweetalige kleuterschool. Dat is een goede zaak, want kleuters zijn ontvankelijk voor talen. Ik stond verbaasd, hoe snel en hoe goed mijn Chinees adoptie-kleinkind Nederlands leerde praten. Hieruit valt heel wat te leren. Het moet echter deskundig gebeuren. Ik pleit dan ook voor deskundige opleiding en begeleiding van de leerkrachten die dat op zich zullen nemen. Ik kijk vooral uit naar de resultaten. Ondertussen was er ook weer een klachtenlitanie van een leerkracht Latijn i.v.m. met het mogelijk afvoeren van uren van deze dode taal. Over het nut kan gediscussiëerd worden. Maar wat er te veel aan was, was het pleidooi voor theorie. Het argument was dat ze anders nooit literatuur zullen integreren. Of dat nodig is in een vreemde taal, valt te betwijfelen. Maar dan zitten we weer in de disccussie over het functionele en het artistieke. Wanneer zal men eindelijk begrijpen dat men een onderscheid moet maken in Moedertaal en talenonderwijs aan anderstaligen. De specifieke didactiek van talen aan anderstaligen vanaf het 0-niveau is hier essentieel. Maar helaas : het percentage leerkrachten met grondige didactische vakkennis is bijzonder laag
147 Het punt : vrijwilligers
Inzetten van vrijwilligers is een goede zaak. Maar opleiden en voorbereiden op hun taak is een ander paar mouwen. Dat is zeker het geval als het over talen leren aan anderstaligen, vooral op het 0 – niveau gaat. De Vlaamse Gemeenschapscommissie gaf een brochure met bijhorende CD-rom uit onder de titel “Hoe hoog leg ik de lat ? Anderstaligen ook welkom als vrijwilliger.” www.vrijwilligerswerk.be De brochure is tot stand gekomen door een samenwerking tussen ‘Het Huis van het Nederlands’, ‘Het Punt’ en 6 derdejaarsstudenten Maatschappelijk Werk van de EHSAL Hogeschool Brussel. Ik hoop dat die anderstalige vrijwilligers niet ingezet worden om anderstaligen Nederlands te leren. Zet ze in als native-speaker om hun moedertaal te oefenen voor anderstaligen. Het niveaulabel, dat door het huis van het Nederlands ontwikkeld werd vertrekt weer niet van het 0 – niveau. Gaan ze dat nooit leren? Blijft didactisch onzicht het keurmerk ? De niveaulabels zijn : start, gemakkelijk, gevorderd en moeilijk, dus in feite 4 niveaus. Het is uiteraard aangewezen dat men voor didactisch ongeschoolde vrijwilligers gevulgariseerde terminologie gebruikt op hun niveau. Maar wat erachter zit zou toch professioneler mogen zijn. Waarom verlaten ze de niveaus die opgelegd werden door de Raad van Europa? Men blijft het 0 – niveau halstarrig ontkennen. Op alles vinden would-be slimmeriken bovendien een antwoord. Zo vond ik in een beschrijving van niveaus, dat ze die omschrijven aan de meet. Dus het 0 – niveau is het vertrekpunt van een traject dat leidt naar niveau 1 (wildgroei van benamingen onderzocht ik reeds eerder en ik zette ze naast mekaar in een tabel 138 c.l. adv. 7). Het didactische begrip beginsituatie wordt hier over het hoofd gezien. Inschatting hiervan is essentieel voor het leren.
In de brochure krijgen we ook een ‘checklist’die dient als instrument bij het bepalen van het taalniveau van een vacature als vrijwilliger. Ik moet dan wel als vrijwilliger in de Plantentuin van Meise inchecken (pointeren) voor mijn aanwezigheid. Maar dat is voor de verzekering. Vrijwilligers een administratieve rompslomp opleggen via een vacature lijkt mij toch wat van het goede te veel. Laat ze komen voor een interview en plaats ze waar ze nuttig kunnen zijn met de broodnodige begeleiding!
148 Nieuwe leermiddelen
Native English for Nederlanders ISBN 97 89047 000501 http://www.fd.nl/boeken voor Nederlanders die al behoorlijk Engels spreken maar hun vaardigheden willen verbeteren
Anders dan andere taalboeken richt 'Native English for Nederlanders' van Ronald van de Krol zich specifiek op Nederlanders die al behoorlijk Engels spreken maar hun vaardigheden willen verbeteren. 'Native English for Nederlanders' is dan ook geheel in het Engels. Dit boek geeft waardevolle inzichten in alle aspecten van de Angelsaksische cultuur die invloed hebben op deze wereldtaal, dit allemaal opgeschreven vanuit het perspectief van een Amerikaan die een omgekeerde reis in de Nederlandse taal en cultuur heeft afgelegd.
'Mastering Leiderschap' van James Pickford is het vijfde deel in de Mastering-serie, waarin vooraanstaande denkers van business-schools uit Europa en de VS over verschillende onderwerpen hun ideeën uiteenzetten. Meewerkende instituten aan dit deel zijn onder andere: Yale, Columbia University, de London School of Business, Oxford, Insead en de Wharton School of Business van universiteit van Pennsylvania. De artikelen verschenen oorspronkelijk bij de Financial Times en in vertaling bij Het Financieele Dagblad.
'Mastering management' is de derde titel in de Mastering-reeks, waarin vooraanstaande denkers van business schools uit de Verenigde Staten en Europa over uiteenlopende onderwerpen hun ideeën uiteenzetten. 'Mastering management' bestaat uit artikelen die eerder als bijlagen bij het Financieele Dagblad zijn verschenen. Eerder verschenen 'Mastering strategie' en 'Mastering risico'. De Mastering-reeks is oorspronkelijk verschenen als bijlage van The Financial Times.De essentie van het leiderschap van Dominique Haijtema Leiderschap is geen natuurwetenschap. U kunt het niet leren op een business-school. Maar u kunt wel veel leren van mensen die over de hele wereld leiderschap tonen. Leiders zijn tenslotte ‘gewone mensen die ongewone dingen doen'. Leiderschap gaat over verantwoordelijkheid nemen. Deze mensen die in dit boek beschreven worden, deden het. En u? Wat gaat u doen?
149 Apple of Windows
Onder de titel “Ontwenningsverschijnselen” neemt het Financieel Dagblad de gewenning onder de loep die verslavend werkt bij het gebruik van apparatuur. Verslaving aan computers merk je nauwelijks. Die openbaart zich pas als je van systeem verandert. Apple dringt zijn klanten een telecompartner op waar zij helemaal niets mee kunnen. Microsoft dwingt de gebruiker software te kopen waar hij nog helemaal niet mee wil werken. Systemen dingen verleidelijk naar de hand van de gebruiker, maar uiteindelijk gijzelen zij het hoofd. Peeters en Pichal besteedden er een uitzending aan waarbij luisteraars vragen konden stellen aan een deskundige.
150 Intenties
In zijn nieuwjaarstoespraak van 2008 zei burgemeester Belgrado :
“Vooreerst het AVC voluit : AVC-CVO Ingevolge het nieuwe decreet inzake Volwassenonderwijs van de Vlaamse regering van 1.12.2OO6 worden alle centra in Vlaanderen beheersmatig onderverdeeld in 13 regionale consortia.
Onze gemeente is ingedeeld in regio 5 voor Meise locatie Wolvertem en in 6 voor Meise locatie Jette, samen goed voor zowat 5.OOO leerlingen.
Het is de bedoeling en daarenboven de enige betrachting van de Inrichtende Macht (= de gemeente Meise) om samen met de directie de betrekkingsvastheid van het onderwijzend corps ( 8O personen ) te waarborgen.
Enkele bedenkingen hierbij :
In het nieuwe decreet blijft men vaag over het begrip ‘Inrichtende macht - bestuur’. Gemeentebesturen zitten mijns inziens in een nadelige positie. Alles is gericht op regionale werking. Een gemeentebestuur is echter beperkt tot haar grondgebied en kan geen uitgaven verantwoorden buiten de gemeente.
Een tweede nadelig gevolg van dit decreet bestaat uit de opsplitsing van de capaciteit van de school over twee consortia. De vestigingsplaats Jette mag in de toekomst geen nieuwe initiatieven ontwikkelen. Jette werd opgericht in 1988 door een bijzonder koninklijk besluit dat de gemeente toelating gaf gesplitste klassen op afstand in te richten. Als binnen kort Brussel-Halle-Vilvoorde gesplitst verandert de situatie juridisch.
De Adviescommissie die niet meer voorzien is in het decreet, maar rechtsgeldig is door haar oprichting door de toenmalige bestuurscommissie in 21.3.2000 kreeg de kans niet zich hierover uit te spreken omdat ze niet meer samen geroepen werd na 28.11.2002 toen de directeur de toepassing vroeg van TBS58+, waardoor er co-directeurschap ingesteld werd.
151 Concreet
Wij kregen volgend advies binnen :”Een instelling is een rechtspersoon die door de inrichtende macht rechtstreeks en met volle verantwoordelijkheid dient bestuurd te worden. De mensen die erin werken zijn de uitvoer(st)ders wiens taken zich volledig situeren binnen een rechtspositieregeling (functiebepaling, taakomschrijving, evaluaties, planningen, functioneringen…). De inrichtende macht kan zich al dan niet laten adviseren door wie ze wil. Een bestaande adviescommissie kan dus herdacht of opgedoekt worden. In het tweede geval dient dit in een gemeente te gebeuren door de inrichtende macht : het gemeentebestuur. Om de slagkracht te vergroten en om de toekomst veilig te stellen zou er binnen het Consortium Groene Rand minstens een intensieve samenwerking moeten komen binnen N.W.Brabant. Verdere stappen (kartelvorming en zelfs fuzie kunnen overwogen worden). Het gemeentelijke net staat mijns inziens ingevolge de gemeentelijke autonomie te zwak en individueel. Dit kan opgevangen worden binnen een juridische structuur, een convenant tussen de gemeentebesturen binnen het gebied, die de voordelen meeneemt en de nadelen opvangt. Hierin zouden alle geledingen democratisch moeten vertegenwoordigd worden.
152 RIM en Bebook
Het speeltje van Yves Leterme is ondertussen al voorbijgestreefd. Er kondigen zich op de ICT-markt 2 nieuwe hebbedingen aan : de BlackBerry Bold Smartphone en de Endless Ideas Bebook. Research In Motion introduceerde de BlackBerry Bold. De functies van dit wonderding zijn : gps-navigatie, bewerken van tekstdocumenten, e-mail, internet, 2 mp-camera met video, geïntegreerde flits en 5 X digitale zoom, mp3, ingebouwde stereospeakers, equalizer met 11 vooraf ingestelde filters, Voice Activated Dialing, conference calling en Bluetooth 2.0. De batterij is ultra – zuinig. Hij ondersteunt HDSPA, en wifi en is voorzien van een 624 MHz mobiele processor en een geïntegreerd geheugen van 1 GB. De Bebook is een e-book reader, die de ambitie heeft om door te breken. Hij heeft een intern geheugen van 512 MB( d.w.z. tenminste 1000 boeken), uit te breiden met SD geheugenkaartjes. De tekst verschijnt op een 6 inch scherm en laat zich dank zij energiezuinige techniek (E-Ink) net zo aangenaam lezen als tekst op papier. Wanneer komt ons A.A.AC.ZC.-talenpracticum erbij ?
162 Publiciteit CVO’s
Het Opleidinggscentrum Merchtem was eerst. Ik kreeg in mijn bus een volledig programma en een persoonlijke brief. Wat eruit sprong is de nieuwe opleiding “Werken met Windows Vista”, een bijspijkercursus van 8 u. in twee weken. De razend snelle veranderingen in de besturingssystemen van onze P.C. worden hierdoor opgevangen. Directeur De Rijck speelt kort op de bal! Van het CVO Meise kreeg ik een kleine circulaire met “Maak kennis met onze 13de taal : Vlaamse gebarentaal”. De oorsprong van de avsg methode vinden wij niet toevallig in dezelfde sector. Petar Guberina haalde de mosterd uit de opleiding van doofstommen en ontwikkelde er zijn Suvalingua. Daarom is het jammer dat de avsg link wegvalt. Maar ideeën sterven niet en het logo staat nu als kwaliteitslabel voor het toepassen van de didactische principes, die anders maar beter integreren. De nieuwe naam van de school is niet conform aan de beslissing van de gemeenteraad van 29.5.2008. De originele benaming circuleert nog op de briefomslagen. De uitnodiging droeg de niet conforme benaming. Wat wordt het nu ? Mijn persoonlijke voorkeur voor een nieuwe benaming luidt : CVO N.W.Brabant. De website heet nu www.cvomj.be en het logo doet denken aan het decor van “De Laatste Show” op Eén. De link met het algemeen logo van de CVO’s ontbreekt. In het logo van “Groene Rand Consortium Volwassenenonderwijs is dat nochtans aanwezig. Maar die benaming past eerder bij Natuurpunt en had beter “Consortium Halle – Vilvoorde” gebleven. De Taalleergangen Strombeek blijven trouw aan hun roots. Zij pakken bovendien uit met een gloednieuw talenpracticum. Ik ben benieuwd, als mede – oprichter, of de A.A.AC.ZC.- interactie zal beoefend worden Er viel ook een circulaire in de bus van het “Huis van het Nederlands” en van de “Syntra – opleidingen”. Het aanbod is groot en gevarieerd, maar blijft helaas versnipperd qua initiatiefnemers.
182 Ik las voor u
In EOS2009.1 vielen mij twee artikels op.
De aanraaktafel voor klaslokalen met ingebouwde computer, geluid en projectiesysteem. Dat deed me onwillekeurig terug denken aan de reputatie die wij uitbouwden met het AVC in Meise. Naast ons uniek talenpracticum werden alle klassen uitgerust met bandrecorder, diaprojector, klankinstallatie en scherm. Wij hadden de recentste leermiddelen in huis, die aansloten bij ons doordacht didactisch profiel. Zelfs overhead-projectoren waren ter beschikking van de leerkachten in de jaren 60! Op http://www.smartboard.be is dit te vinden.
In de sector van de Informatica wordt “cloud computing“ beschreven. Google en IBM sloegen de handen in mekaar en pakken uit met hun Google Apps Team Edition. Yahoo, H.P. en Intel stelden een soortgelijk initatief voor. Amazon ontwikkelde Elasting Computing Cloud of EC2. Microsoft pakt uit met Azure, een alternatief voor Windows 7. En de EU kon ook niet achterwege blijven en lanceert Resources and Services Virtualisation without Barriers vanuit het IBM Research Lab in Haifa, Israël.
191 Niveaus Talen aan Anderstaligen
Ik heb een C.L. - advies over de gehanteerde niveaus voor Talen aan Anderstaligen opgevist. Enkel Richterich, in een advies aan de Raad van Europa spreekt van een vertrekpunt, dat ik situeerde bij ons begrip : 0 - niveau. Allerhande niveaus worden naargelang de bron gebruikt. Zij zijn echter terug te brengen in een cijferreeks van 0 tot 7. Hieraan kunnen wij een aantal uren koppelen, die nodig zijn om het volgende niveau te bereiken. De efficiëntie waarin dit gebeurt, hangt af van de leerkracht en de methode die hij of zij hanteert. Als daarenboven de modernste leermiddelen op de correcte wijze ingeschakeld worden, kan de leertijd gereduceerd worden. Men kan er ook een aantal woorden aan koppelen, die op de verschillende niveaus zouden moeten verworven, of beter : geïntegreerd zijn. Wij hanteren de indeling van prof. Beheydt. Op didactisch vlak kunnen de doelstellingen ook aanzien worden als niveaus. Hier biedt prof. De Block ins een veilige haven, waarin alle varianten opgenomen zijn. Het zal opgenomen worden in http://www.everyoneweb.com/cmFTAcl, waar ik op een gestructureerde wijze de meerwaarde van het avCVO weergeef.
193 Ordening
Er is opnieuw een opgang bezig van initiatieven in het volwassenenonderwijs. Het overzicht lijkt verdwenen. Eerdere initiatieven (VLOR Uniformisering van benamingen) is afgeblazen. In een tijd van economische crisis is besparen op zijn plaats. Of zoals Tom Peeters zegt : kwaliteit opdrijven door doelgericht te besparen. De uitvoering van het decreet zou sneller kunnen. Als men consequent uitvoert wat de bedoeling is, zijn we reeds een stap verder : regionaliseren, efficiëntie beogen, overlappingen vermijden. Maar wat zien we ? De inrichters nemen stiekem initiatieven voor zelfbehoud. Een visie, als ze er al zou zijn, wordt opzij geschoven. Het is hoog tijd voor ordening in de wildgroei! Hierin zou de uniformisering van benamingen een stap zijn in de goede richting. De kwaliteit van het dienstbetoon zou echter moeten geoptimaliseerd worden, door beter in te spelen op de behoeften. In de taalleergangen ontbreekt nog steeds het sluitstuk : onderhoudscursussen. Noem die vooral niet conversatie, want dat doet afbreuk aan de didactische beginselen. Spreken moet grondig aangeleerd en ingeoefend worden vanaf het 0 – niveau! Bij informatica noem ik dat bijspijkercursussen. Maar hier zou een soort loketonderwijs moeten bijkomen, waarbij de studenten individueel geholpen worden. Het seniorennet beantwoordt deze behoefte reeds in individuele on-line hulp, via een vragensysteem. Over de niveaus had ik het reeds in aflevering 191. De consortia spelen in deze problematiek een grote rol. Zij mogen niet ontaarden in bureaucratische praatbarakken!
194 Auralog
Het C.L. gaf een advies over de nieuwere toepassingen in het talenonderwijs aan anderstaligen. Dit systeem startte als Tell me more en een van de toepassingen was Aura-lang. Het was bedoeld als zelfstudie in een talencentrum met individuele begeleiding van een docent. Uitstekend voor de Open Leercentra van tegenwoordig. De bestaande cursussen werden met steun van Europa uitgewerkt volgens de doelstellingen van de Raad van Europa van Wilkins en Richterich. bij de analyse formuleerde ik de volgende bedenkingen : Spraakherkenning werd gebruikt en ze wierpen zich op als enige dat actueel uitspraak traint, evalueert en interactieve conversatie met een andere student heeft. Zij kenden duidelijk niet onze jarenlange inspanningen in het A.A.AC.ZC-talenpracticum. Vergelijking met het model en zelfcorrectie ontbraken in hun practicum. Het 0-niveau werd andermaal verwaarloosd. De grondigheid van het gedetailleerd inoefenen volgens de SGAV-principes ontbraken eveneens. De koppeling met de geschreven taal op een scherm tijdens het spreken verhindert vlot verbaal taalgebruik (principe . dat lezen sneller gaat dan luisteren). Het was een stap in de goede richting. Benieuwd hoe het verder evolueerde.
195 Auralog nu
Op http://www.auralog.com vonden wij de huidige stand van zaken. Er blijkt weinig geëvolueerd te zijn. De traditionele opdeling in de vier taalfacetten blijft in de didactische toepassingen in 37 verschillende types oefeningen aanwezig. Vergelijking met de door ons omschreven oefeningen in de “Interactieve Verbale Leerprocessen in het A.A.AC.ZC.-talenpracticum” zou nuttig kunnen zijn.
Exercises for assimilating what has been learned. These exercises help students assimilate grammatical and lexical structures, as well as phonetics.
- Repetition: Word Pronunciation, Sentence Pronunciation…
- Substitution or Transformation: Sentence Practice, Grammar Practice…
Exercises for putting the rules into practice. The aim of these exercises is to make students focus on specific functional components within a language.
- Reflection on the organization of sentence components: Word Order…
- The use of vocabulary and grammar in fill-in-the-blanks exercises, which require students to analyze a sentence in its entirety in order to place the correct word: The Right Word, Fill-in-the-Blanks…
- Vocabulary practice, which consists of associating a word with its antonym, synonym or a related image: Picture/Word Association, Word Association…
- Reflection on vocabulary or grammar using texts or lexical groups, in which students must identify words belonging to a specific lexical or grammatical group: Words and Functions, Words and Topics…
Exercises for mastering the language. These exercises are designed to put what has been learned into practice through written expression.
- Guided expression, focusing on rewriting a text in different contexts: Text Transformation…
- Semi-guided expression: writing a short essay based on an image or video, or a summary of a given text: Written Expression…
‘Tell me more’ werkt met hedendaagse oplossingen om talen te leren, maar het actief-comparatieve en zelfcorrectieve luik ontbreekt. Perfecte uitspraak proberen ze te bereiken via hun “Advanced Voice Recognition and Speech Analysis Tools. De geprogrammeerde talen zijn : Engels, Spaans, Frans, Duits, Italiaans, Nederlands, Chinees, Japans en Arabisch. De uitwerking in concrete oefeningen is uiteraard de grote doorbraak. Zij worden aangeboden op 10 niveaus met 2000+ uren inhoud per taalprogramma. Het principe van de native-speaker
wordt doorgevoerd in alle oefeningen.
Live Expert-led Virtual Classes and Personal Coaching Services
- Easy-to-comprehend content created by expert instructional designers
- Specialized oral communication content
- Supplemental Business and Culture specific content
- Speech Recognition with playback and achievement scale
- Spoken Error Tracking System (SETS®) technology automatically detects and corrects your pronunciation errors
- Professional voice-overs, videos, 3-D animations, and real-world graphics
- 10,000 vocabulary words classified by lexical group
- Anytime, anywhere accessibility
197 Paspoort naar 31 talen
Ik schafte mij via Knack dit veelbelovend programma aan. Maar bij de overschakeling naar Windows 2000 liep het mis. Het programma werd niet bij gewerkt voor hogere versies.
Toch een evaluatie :
- Keuze van de Moedertaal uit Engels, Frans, Duits, Spaans, Italiaans, Portugees en Nederlands.
- Doeltalen 31.
- Hoofdschema : Het hoofdschema biedt : uitspraak, woordenboek (woorden + vertaling), grammatica, reisinfo. Vertalingen geïntegreerd in de oefeningen is tegen ons didactisch profiel!
- Leren per thema. De themalijst lijkt mij te uitvoerig : woord, zinnen, kies uit, geheugentraining, associaties. Woord : afbeelding, woord, vertaling, klank 250 zinnen, schematisch gerangschikt Kies uit : beeld, geschreven doeltaal – moedertaal – vertaling met keuze tussen horen, zien, horen en zien. Geheugentraining : beeld, geschreven doeltaal – moedertaal. Associaties : verwante woorden en wat er niet bij hoort in papierversnipperaar slepen, score. uitspraak : alfabet, klinker- en medklinkercombinaties, cijfers, hoe laat is het ? Dit is tegen het globale in sgav en er rijst een vraag i.v.m. fonemen. Grammatica : lezen. Reisinfo : tekst lezen en beeld kijken.
198 Oef. Website
Bij evaluatie van oefeningen die we vonden op een website, volgende hints tot kwaliteitsverbetering :
- Nederlands niveau 1 : bij de woordenschat wordt et logo, dat hiervoor zeker niet dient, gesleept naar de betekenis. Het slepen is overbodig en kan vervangen worden door een pijltje. Geen woorden, maar zinnen (scenario’s volgens het avsg principe. Geschreven tekst nooit laten zien terwijl ze luisteren. Deze oefeningen vindt men talrijk in gesproken woordenboeken op CD-rom. De woorden zouden moeten getest worden in vergelijking met NEcl1 (basiswoordenlijst van 800 woorden van gesproken Nederlands aan anderstaligen).
- Het onderscheid verbaal (spreken en luisteren) en schriftelijk (schrijven en lezen) kan aangehouden worden in de oefeningen, maar kan ook uitgebreid worden met de volledige lijst van oefeningen voorzien in “Interactieve verbale leerprocessen in het A.A.AC.ZC.-talenpracticum”
- Rekening houden bij de indeling van de oefeningen met de didactische aspecten (wat doet de student ?) en de inhoudelijke.
- Oefeningen moeten zo natuurlijk mogelijk blijven en aansluiten bij de reële situaties bij conversaties.
- Wat éénduidig kan voorgesteld worden gebeurt alleen zo : kleuren met kleuren, getallen, letters, alfabet en uur (niet omschrijven).
- Een doordachte en volledige lijst van oefeningen onderscheiden die benoemd worden volgens een samenhangend verband.
- Opgepast met foute items vb. bij vraagwoorden : Waar…Wat… is onze geboortestad ?
204 Talenpracticum Opelem
In onze studie van het A.A.AC.ZC. – talenpracticum beschreven we ook andere systemen, die niet meer vermeld staan in onze studie, die gepubliceerd werd op onze websites in het Nederlands in het Engels. De updates die ondertussen reeds zouden gemaakt zijn, worden hier niet behandeld.
Het systeem beantwoordde niet aan de eisen die door ons gesteld werden. Bij de herhaling van het doorsturen van een zin van het programma (2de kopie) werd het antwoord van de student op 2 maal slechts 1 maal opgenomen. Het visueel seintje op de studentenplaats zou beter vervangen worden door een auditief seintje bij het einde van de gemultipliceerde oefeneenheid. De beslissing om te vergelijken ligt bij de student, maar zou beter bij de leerkracht liggen. De manipulaties die de student moet uitvoeren zijn te ingewikkeld en zouden beter toegevoegd worden aan de didactische beslissingen, te nemen door de leerkracht. Hoe in dit systeem alles individueel en gedifferentieerd kan verlopen is ons een raadsel. Door een nauwe samenwerking tussen techniekers en didactici kan het systeem misschien verbeterd worden, indien dit nog niet gebeurde.
Op http://www.cndp.fr kunt u info vinden over de nieuwe multimediasystemen D400 en D500.
205 ML 39 P Brevet Ley
Ing. Ley, de uitvinder van de vertragingslus, zat niet stil na de ontwikkeling van het talenpracticum in de jaren 60. Door veelvuldige contacten in de scholen volgde hij van nabij de technische en didactische problemen die opdoken in de concrete situatie. Hij zocht een oplossing voor het tijdrovend voorbereidend werk bij het multipliceren.
Door het toevoegen van een derde spoel, waarop de magnetische leeskop meedraaide, hoefde men de spreektijd per seconde niet meer in te stellen. De rotatie van de leeskop regelde dit automatisch. Dat was uiteraard de analoge technologie. In het huidige systeem lost dit probleem zich vanzelf op. Men kan de stimulus onbeperkt herhalen.
Eens te meer zorgde Ing. Ley voor een eenvoudige en goedkope oplossing. De ontwikkeling van de talenpractica nam na het stilvallen met het niet meer produceren van bandrecorders en de vervanging ervan door cassetterecorders, een snelle vlucht. Daardoor werd geen enkele firma bereid gevonden het systeem te ontwikkelen, niettegenstaande er 10 internationale patenten op erkend werden.
Toen deden wij reeds een oproep, om de didactische mogelijkheden van de interactieve mogelijkheden van het A.A.AC.ZC-systeem niet kwijt te spelen.
206 Van Dale
De gekende woordenboekengigant bracht onlangs een interessante reeks boekjes uit onder de titel “Jouw 1000 belangrijkste woorden” voor vakantie en reizen.
Zij bestaan in het Duits, Engels, Frans, Duits, Spaans en Italiaans. Je kunt je afvragen waarom ze die niet maken in de 23 talen Europese van de Europese Unie ? Een tweede vraag die ik mij stel is, in welke mate deze lijst overeenkomt met EU T cl , de basiswoordenschat met de meest frequente woorden van gesproken talen. Om die vergelijking mogelijk te maken zou een versie op CD-rom handig zijn. Bovendien ontbreekt een geluidsversie, die zeer handig zou zijn om te gebruiken in het A.A.AC.ZC.-systeem. Bij elk woord van de alfabetische lijst van de 1000 woorden staat altijd een zinnetje dat in dagdagelijkse conversaties gebruikt wordt, met de vertaling in het Nederlands ernaast. Een flexibele overstap van de ene naar de andere taal zou een meerwaarde zijn, zoals deze bestaat in EU T cl. Naast de taalgidsen met basiswoorden is er ook een boekje beschikbaar rond “Liefde & verlangen”, “Vakantie & reizen” en “Eten & drinken”.
208 Talenpracticum Sony
Op 1.9.1990 evalueerde ik het toen nieuwe systeem voor talenpracticum van Sony. Sony bracht toen 7 systemen uit, waarvan het toen nieuwste niet voldeed aan de eisen van het A.A.AC.ZC.-systeem. Voor andere toepassingen was het alleszins innoverend. Wij vinden de principes nog steeds op hun audio-apparatuur. De huidige stand van zaken is mij onbekend, omdat ik de laatste ontwikkelingen niet meer op de voet volgde. Aangezien de talenpractica en zeker de interactieve verbale leerprocessen in het A.A.AC.ZC- talenpracticum in onbruik geraakten, kom ik hier zeker op terug als ik de huidige stand van zaken onder ogen krijg. Het belangrijkste blijven : het leereffect en de mogelijkheden die de student hanteert om een vreemde taal aan te leren. Al wat hij of zij individueel zonder hulp van de leerkracht kan doen, gebeurt best niet in de klas. Een mini-systeem voor individueel gebruik, inclusief de A.A.AC.ZC. mogelijkheden blijft de tevolgen didactische weg!
209 Skype
Andere talen aanleren doe je volgens de avsg-principes, die geconcretiseerd en geactualiseerd werden in het didactisch profiel van het AVC. Inoefenen doe je via de A.A.AC.ZC.-principes in het talenpracticum.
Het derde luik – onderhouden van de andere taal - kan nu ook via de mogelijkheden die het internet biedt. Vroeger zochten we een pennenvriend(in) uit een ander taalgebied. Maar dat bleef bij schriftelijk taalgebruik. Nu hebben wij bijvoorbeeld Skype. En er zijn zeker nog tal van gratis varianten.
Je opent Skype en via je webcam kan je gratis telefoneren, waarbij je de andere kant ziet. Dus : prima conversaties. Je moet enkel een Skypevriend(in) zoeken, die native speaker is en de andere taal zeer goed spreekt.
Dit is een individuele manier om een andere taal die je op het 0-niveau leerde te onderhouden. Schriftelijke taal en theorie kan gemakkelijk via MS-Word met bijhorende spel – en grammaticaprogramma’s.
210 Evolutie
Tijdens een gesprek met een oud-student kwam een belangrijk aspect van het werk in het talenpracticum ter sprake. Men werkt met opnamen of rechtstreeks (eigen stem). De opnamen genieten de voorkeur tenzij het om een leerkracht – native – speaker gaat.
Er zijn weinig opnamen die goed gemaakt zijn. Bovendien moeten die in het A.A.AC.ZC.-systeem gemultipliceerd worden, waarbij bij elke nieuwe opname kwaliteitsverlies optreedt.
In de analoge systemen moeten de oefeningen opgenomen worden in erbarmelijke omstandigheden. De studio condities zijn niet aanwezig. Tijdens de opname werden heel wat bijgeluiden meegenomen. De zorgvuldigheid van de leerkracht was hier ook essentieel. Aandacht hiervoor en bijscholing ontbraken in de meeste scholen. Het resultaat loog er niet om, en veroorzaakte bij de studenten na enige tijd wrevel over de erbarmelijke kwaliteit van wat ze te horen kregen. Omkadering met techniciens en Multi-media vrijgestelden was niet voorzien.
Met de opkomst van de numerieke ICT – toepassingen wijzigde de techniek volkomen. Dat resulteert in een voordeel voor het multipliceren. Dat wordt geprogrammeerd en de stimulus wordt niet steeds opnieuw opgenomen. Men werkt met 1 enkel model.
Of het beter is weet ik niet. Ik stel vast dat de A.A.AC.ZC.-toepassingen in de vergeethoek geraken. Met de multimedia treedt” spielerei” op de voorgrond. Goede leerkrachten en studenten ervaren vaak de inefficiëntie van die oefeningen. Onderzoek naar de leerresultaten wordt niet meer gedaan. Gebruik van het talenpracticum wordt dan ook vaak opgegeven.
211 Artec
Artec, computer aided training, bracht het systeem CATS/4 IS uit. Hoe dat verder evolueerde weet ik momenteel niet.
Toen waren er twee toepassingen : VACS-22, een digitale virtuele studentenrecorder die audio-communicatie, videocommunicatie, datacommunicatie en P.C.’s in een volledig systeem integreerde. Het combineerde de mogelijkheden van een analoog talenpracticum met digitale componenten. AVIDAnet System 3 was een didactisch multimediaal netwerk. Het beantwoordde aan het talenpracticum van de toekomst (1.8.9 A.A.AC.ZC), maar gaf nog niet de meerwaarde van die toepassingen.
Ik kijk ernaar uit om een update te maken van de didactische evaluatie van dit veelbelovend systeem, om te zien of het in de goede richting evolueerde. Te vaak evolueerden de talenpractica naar ingewikkelde systemen, met gadgets, toeters en bellen, waarin het didactische inzicht zoek was.
213 Nieuwe cursussen 1
Wij krijgen opnieuw de info door van de CVO’s en andere vormen van volwassenenonderwijs. Hierbij valt op hoe slecht de informatie wel is qua duidelijkheid, lay-out en marketing. Zo kreeg ik te horen dat de ogen van de miss op een affiche toch opvallend zijn. Wat zegt dit over het aanbod ? NHA, een privé-organisatie pakt dit jaar uit met Francesca VanThielen i.p.v. Evy Gruyaert. De foto op de voorpagina laat haar tenminste zien al studerend met P.C. en cursusmap. Of ze op haar P.C. klank en beeld krijgt kunnen wij uiteraard niet zien. Het aanbod is overweldigend. Voor talen maken zij het onderscheid tussen Nederlands voor Anderstaligen/Buitenlanders(waarom dit eraan toe gevoegd wordt begrijp ik niet!?) Als het onderscheid met de andere taalcursussen op didactische gronden stoelt, is dat een veeg teken. De slogan liegt er niet om : “Spreek in 3 maanden een taal! Beginners of gevorderd!” Voor gevorderden klopt dit niet, want die spreken de taal toch al. Voor de beginners (als het 0 – niveau bedoeld wordt) kan dat met de audiovisuele principes en inoefening volgens de A.A.AC.ZC.-principes. Alles gebeurt volgens de E.L.S.-methode die ik wel eens zou willen evalueren! Inoefenen kan met cassettes en walkman. De vraag hierbij luidt : is dat audio-passief of meer ?
214 Taalachterstand
In de media hoor je om de haverklap deze term vallen, nu het schooljaar herbegint. Anderstalige kleine kinderen moeten zo snel en zo veel mogelijk Nederlands spreken. Daarom is het nodig ze reeds in de voorschoolse kinderdagverblijven te brengen. Daar komen ze op een natuurlijke manier met het Nederlands in aanraking en lopen hun achterstand snel in. Want op die leeftijd zijn ze daar zeer ontvankelijk voor. Een jaar kleuterklas verplichten is onvoldoende! De taalbagage die ze opbouwen vinden we in NE cl 1 de 800 basiswoorden van gesproken Nederlands die geïntegreerd (didactische doelstelling) moeten worden via scenario’s. Het niveau dat ze moeten bereiken om naar het eerste leerjaar te gaan komt overeen met 1 jaar Nederlands aan anderstaligen in het volwassenenonderwijs. Als dat toch moet verworven worden via onderwijs beperken wij ons best tot het essentiële : spreken en luisteren. De rest kan later bijgeschaafd worden. Want zonder volledige integratie, die best volgens de avsg-principes of AVC - didactisch profiel gebeurt, stranden we in oeverloze achterstand.
215 E-book
De standaard der Letteren besteedde bijna een hele bijlage van de krant aan het Elektronisch boek. Dat is niet direct de prioriteit van de avsg-didactiek, maar het is de moeite om er even bij stil te staan. De plaats hiervan in het didactische proces valt onder individueel herhalen en inoefenen van taal. Meestal zal het voor de moedertaal gebruikt worden, want slechts een beperkt percentage studenten waagt zich aan literatuur in een andere taal. Boek.be ziet de toekomst van het boek positief in. Heel de problematiek die errond hangt wordt in de krantenbijlage uitgediept. De belangrijkste e-readers worden voorgesteld. Op het internet vinden wij zelfs gratis mogelijkheden en andere tegen betaling. Daar vinden we ten andere voldoende, zelfs interactieve mogelijkheden. Het Seniorennet met zijn gratis blogs nam hier het voortouw. Leerkrachten zouden deze bijlage eens moeten doornemen in de bijscholing. De eerste stap is weten en hopelijk volgt de integratie in het leerproces.
216 Publiciteit
De kleintjes maken meer publiciteit dan de groten. Denk nooit dat die overbodig is! Vertrek altijd vanuit de verliezende positie, om de plaats aan de top in te nemen.
In mijn bus stak weer een persoonlijke brief van het CVO Merchtem en van St.-Godelieve Kapelle op de Bos, dat uitpakt met Windows Expression, de opvolger van Frontpage. Van de andere inrichters :niets! De privé scholendaarentegen stuurden zoals elk jaar hun volledig programma. NHA pakt uit met Francesca Vanthielen, de waardige opvolgster van Evy Gruyaert. Berlitz stuurde niets. Ondertussen heb ik contact met Call International. Wij kijken uit naar hun programma.
217 Vertalen
Het seniorennet biedt een nieuwe gratis service : vertalen in 42 talen. Jet tijpt een tekst in het vakje en kiest de taal en de doeltaal. Klikken op vertalen en klaar is kees. Het enige ongemak bestaat erin dat je je tekst niet kunt copiëren met de icoontjes. Je kan het wel door de vertaalde tekst te selecteren en via ctrl+c te copiëren. Plakken gaat met ctrl+v wel.. Je vindt deze service op http://www.seniorennet.be/vertalen
219 OPO
In het veld van het onderwijs of de opleidingsinstituten daagt een speler op onder een andere naam : Opleidingsinstituut van de Federale Overheid. Deze school voor ambtenaren had destijds de A.A.AC.ZC. - mogelijkheden in huis in hun talenpracticum. Ik heb echter geen zicht , op wat ze ermee aanvingen. Hun programma bestrijkt nu alles wat ambtenaren van de federale overheid nodig hebben. Het is jammer dat men verder gaat in de ordening van de chaos. Gisteren was het de dag van de leerkracht, door Martine Tanghe aangekondigd met de juiste term. Op het scherm verscheen echter “leraar”!? Of de leerkrachten geholpen zijn met de verdere versnippering van het landschap is maar de vraag. De Huizen van het Nederlands werden ook opnieuw in de kijker geplaatst. De aanvragen voor Nederlands aan anderstaligen rijzen de pan uit. Voor de studenten is het probleem echter dat ze door de bomen het bos niet meer zien. Eenvoud siert. Omwegen zijn tijdverspilling. Zij zitten in de fase van de kwantitatieve ontplooiing. Het gaat echter om de kwaliteit! Alle aandacht zou in de eerste plaats naar het didactische profiel moeten gaan, waarin men wil werken. En dat men nu eens eindelijk werk maakt van het onderwerp : standaard gesproken Nederlands. Want wat we te horen krijgen is een even grote verwildering als de organisatie!
220 Eu
Er dient zich een nieuw medium aan dat ons bij het talenonderwijs aan anderstaligen stevig kan helpen : http://www.bookshop.europa.eu met publicaties in alle Eu-talen. Meer dan 10000 publicaties in 50 talen zijn beschikbaar. Naast het seniorennet op http://www.seniorennet.be waar we tevens een hele service voor informatica vinden, is ook de module vertalen in 42 talen interessant.
221 Literatuur
Wij moeten doordacht omgaan met deze materie. Voor poëzie in de Moedertaal bijvoorbeeld, staat maar een laag procent van de mensen open. Voor een vreemde taal zal dat nog minder zijn. De vraag die we ons moeten stellen luidt : welke meerwaarde biedt literatuur voor ons talenonderwijs aan anderstaligen. Wat is het leereffect in ons didactisch proces ? Ik las een artikel over “Fast Forward” die door Vlaanderen toert met de voorstelling “Als ik jou.” Dit is in het kader van de volkshogescholen van vroeger en zij werken samen met de V.Z.W. De Rand. Op lesmaterieel voor poëzie staan ze niet te wachten in het volwassenenonderwijs. Men spreekt er ook over Standaardnederlands, maar dat werd nooit vastgelegd, tenminste voor de gesproken taal. Het gevoel bijbrengen dat ze meer Nederlands begrijpen dan ze denken, zal hun niet vooruit helpen. Dat is geen goede didactische doelstelling. Het enige positieve aspect lijkt mij de aandacht voor het visuele. Laat talenonderwijs aan anderstaligen over aan specialisten. Als men daar eens de volle inzet aan zou besteden gaan we er zeker op vooruit. In het AVC opteerden wij destijds voor 1 avond per schooljaar waarin we poëzie brachten in de aangeleerde talen + 1 (toen Russisch). Daaruit sproot de originele Jules Van Campenhoutprijs voor poëzie en de Maurits Naessensprijs voor plastische kunsten voort. Ondertussen werden die op een handige manier overgenomen door de Culturele sector, waar ze misschien thuis horen!
222 Talen in de Europese unie
Het Engels overheerst in Europa. Iets meer dan 35 % van de Europeanen spreekt enkel zijn moedertaal. Op de Europese talendag van 26 september werden de cijfers bekend gemaakt. Enkel in Bulgarije, de Baltische staten en Polen overheerst het Russisch. Bij ons leren88 % van de leerlingen in de laatste jaren van het secundair onderwijs twee vreemde talen. Vroeger begonnen wij daarmee reeds in het 3de leerjaar van de lagere school. Helaas met de verkeerde methode, gebaseerd op de didactiek van de Moedertaal. Met de Audiovisuele en structureel-globale methode en een bijscholing van de leerkrachten kon dit tweetaligen opleveren bij het begin van het secundair onderwijs. Het aantal bestede uren kon dat resultaat opleveren! Maar dan moet men eindelijk eens didactisch gaan leren denken op alle échelons.
225 Orandago
Er is een nieuw initiatief genomen. Op http://users.telenet.be/orandago worden on line lessen Nederlands aan anderstaligen aangeboden. Het opzet is goed, maar onze vraag luidt : beantwoordt het aan de meerwaarde voor het talenonderwijs die wij verdedigen en aanmoedigen. Op het eerste zicht is het opzet nogal traditioneel. Maar wij willen het niet veroordelen, maar stimuleren om toe te treden tot “de kleine rest”, die resoluut kiest voor ons profiel. Ik nam contact om te onderzoeken of de initiatiefnemer open staat voor kwaliteitsverbetering. Zeker omdat het een initiatief betreft in onze keizerlijke gemeente, leek ons dat de moeite waard.
228 Toptien
De top tien van de talen, de meest verspreide talen in de wereld (Moedertaal) is :
- Mandarijnenchinees
- Engels
- Spaans
- Hindi
- Arabisch
- Portugees
- Bengaals
- Russisch
- Japans
- Duits
Voor de Europese talen staan er dus :
- Engels
- Spaans
- Portugees
- Duits
229 Nilinioeka
Op www.6dagen.be wordt zogezegd een nieuwe methode gelanceerd om Engels te spreken : de Nilinioeka methode. Wat ons interesseert is of ze de avsg-principes voor het aanleren en de A.A.AC.ZC.-principes voor het inoefenen hanteren. Bij het openen komt men op een gamma andere opleidingen, : gewicht verliezen, stoppen met roken, goochelaar worden, meer sex-appeal, geen transpiratieproblemen meer en Engels spreken. Als men dat laatste aanklikt krijgt men een You-tube filmpje, waarop verwezen wordt naar de aankoop van een Mercedes bij ‘Nearly new car’ en waarbij men in 6 dagen Engels zou spreken. Bij nader bestudering van het scherm wordt verwezen naar NNC, een privé aanbieder van cursussen, die volgens die methode zou werken. Dit is dus een marketing stunt. In 6 dagen, zelfs dag en nacht aanleren en inoefenen, kan men vanaf het 0-niveau geen taal spreken. Daar heeft men, als aan alle kwaliteitsnormen voldaan wordt, minstens 77 u. voor nodig. En dat vereist prima en in die kwaliteitsnormen opgeleide leerkrachten, waarvan er naar mijn schatting maar amper 7% over die gave beschikken. Laat u dus niet vangen!
Er is een educatief spel uit voor kinderen. Het kan aangeschaft worden via iTunes webwinkel voor 2.39 Euro. Op een boeiende en speelse manier kan je er spelling oefenen in 5 quizpakketten : enkele en dubbele medeklinkers, tweeklanken, d-t oefeningen, in het totaal 750 oefeningen. Geschreven Nederlands is éénvormig. Maar standaard gesproken Nederlands is nog steeds niet vastgelegd. Wanneer wordt hieraan iets gedaan ?
268 CD
"Spreek het uit" is een initiatief van vzw de Rand, die het Nederlandstalig karakter van de rand rond Brussel moet bevorderen en taalpromotie hoort daarbij. Aan de cd is ook een muziekvoorstelling verbonden die op tournee trekt langs de gemeenschapscentra in randgemeenten van Brussel. "De Vlaamse Gemeenschap wil de hand reiken aan alle anderstaligen die Nederlands willen leren. Schoolse inspanningen zijn daarbij niet voldoende. Het mag ook best eens plezant en ontspannend zijn en deze liedjes zijn daar een heel goed voorbeeld van. Ik hoop dat het mensen ertoe brengt zich te integreren en deel te nemen aan het gemeenschapsleven". In eerste instantie wordt de cd en de muziekvoorstelling verspreid in de rand rond Brussel, maar het kabinet van Bourgeois onderzoekt of het de cd ook kan aankopen om te gebruiken bij de inburgeringscursussen in Vlaanderen. Ook in Brussel, Wallonië en het buitenland kan het initiatief relevant zijn, zegt Eddy Frans van vzw de Rand. Via de Nederlandse Taalunie wordt nagekeken hoe de cd op grotere schaal ingeschakeld kan worden in lessen Nederlands voor anderstaligen. Bedenkingen : Het is aan de leerkrachten in kwaliteitskring om het didactisch materieel te kiezen. De onderwijskoepels kunnen hierbij helpen. De versnippering en wildgroei van initiatieven zet zich door. Een samnhangend en doordacht organigram zou kwaliteitsverbetering kunnen brengen. Is de didactische waarde van dit initiatief getoetst aan het didactisch profiel ? Reacties worden opgenomen indien didactisch relevant en verwerkt in het forum
296 Evaluatie
Deze week stootten wij op twee nieuwe initiatieven. Minister Van Deurzen kondigde een actie aan voor Nederlandse taalbeheersing bij kleuters. Hier viel één ding op : de noodzaak aan een éénvormige uitspraak van onze taal. Wanneer wordt er eindelijk werk gemaakt van standaard Nederlands ? ANWB pakt uit met taalgidsen en taalkits. Die zouden functioneel moeten zijn. Maar de gidsen beginnen met een korte grammatica en daarna pas volgen belangrijke uitdrukkingen op het gebied van eten, drinken, vervoer, medische hulp enz. Hopelijk wordt hierin rekening gehouden met de basiswoordenschat van gesproken Nederlands!
300 Verandering
Er werd weer een nieuw fenomeen beschreven : aangeleerde hulpeloosheid. Het werd bestudeerd door de Amerikaanse psycholoog Martin Seligman. Het ontstaat door het gevoel dat medewerkers aan een organisatie hebben, dat ze geen werkelijke invloed hebben en alles lijdzaam moeten ondergaan. Er is maar één remedie tegen : betrokkenheid. In het management van Tom Peters zit dat anders. Betrokken zijn en mee veranderen is de essentie van zijn beheer. De medewerk(st)er moet een gevoel hebben en een overtuiging van eigenaar te zijn van de zaak. www.haijtema.com
302 Vakantie
De vakantie is de ideale tijd, om op een ongedwongen manier andere talen te oefenen. Hiervoor gaat men in een milieu waar enkel de aangeleerde taal gesproken wordt. Dus hier geldt ook ons eerste didactisch principe : de aangeleerde taal is de voertaal. Voor kleuters van migranten is dat enorm belangrijk. Vakantiekampen en speelpleinen zijn ideaal om hun taalachterstand bij te werken. Ze gaan dan best alleen in een groep waar enkel Nederlands gesproken wordt. De taaluitwisselingen voor tieners zijn ook een uitstekende gelegenheid. Maar weer met dezelfde voorwaarde : de voertaal is de aangeleerde taal. Als ze met enkele vriendinnen op taalkamp gaan, komt er van de doeltaal niet veel in huis. Discipline is hier op haar plaats.
303 Ontmoeting
Bij een gezellige ontmoeting met enkele oud studenten van het Audiovisueel Centrum Meise en Jette, vielen twee woorden op : dialogen en inoefenen. Door het wegvallen van de audiovisuele methode wordt er vanaf het 0-niveau te weinig gesproken. De dialogen worden niet ingeoefend. Zo spreekt men na 12 jaar les volgen van gebrek aan dialogeren. Dit moet een andere situatie zijn, volgens ons didactisch schema. Als men de cyclus afgewerkt heeft moeten er onderhoudscursussen of bijspijkercursussen komen, om het geleerde te onderhouden. Individueel kan ik Skype aanbevelen. Zoek een native-speaker in het land van de door u aangeleerde taal en spreek er regelmatig mee via uw PC. Het tweede woord was : gebrek aan inoefenen. Door het oneigenlijk gebruik van het talenpracticum of het helemaal niet meer naar het talenpracticum gaan, ontbreekt inderdaad de gelegenheid om aangenaam en efficiënt het aangeleerde in te drillen. Want als men een taal wil beheersen ontkomt men daar niet aan. Ik vergeleek het destijds met “the loneliness of the long distance runner”.
304 IDLO
Het Interfacultair Departement Lerarenopleiding wil “Samen werken aan de leerkracht van morgen” in de VUB. Er zijn wel drie aanbieders en hier slaat de wildgroei ook weer toe. Het BEO (Brussels Expertisenetwerk Onderwijs bestaat uit de Erasmushogeschool Brussel, de Centra voor Volwassenenonderwijs en de VUB. De VUB doet het vakdidactisch onderzoek. Er zijn 60 studiepunten vertaald in 9 nieuwe aangepaste programma’s. Er zijn even veel praktijk- als theorielessen. Een en ander vergt meer inspanning en men gaat ervan uit dat dit de motivering ten goede zal komen. Inderdaad, veel leerkrachten en niet de minste, vertoonden een gebrek en belangstelling voor de didactische technieken. Ze waren als mekaniekers in de tour, die over het beste materieel beschikken, maar geen fiets in mekaar kunnen zetten. Deze hervorming komt is ook op haar plaats, indien ze vruchten afwerpt. Want het is het resultaat dat telt.
305 Situatie
In de St.-Annakapel in Meise had ik een aangenaam weerzien met een oud-student Duits. Hij herinnerde zich nog levendig wijlen pater Stans, van het St.-Theresiakollege in Kapelle op den Bos. Deze leerkracht Duits gaf toen het derde jaar en het specialisatiejaar. Hij had daar nog aangename, levendige en blijvende herinneringen aan. Ik kreeg ook een interview op You-Tube toegestuurd over de huidige politieke toestand. De spreker beweert dat alle Walen al 180 jaar pertinent weigeren Nederlands te leren. Hij mag niet veralgemenen, want de anderstalige oud studenten van het AVC, waaronder vele Franstaligen uit de rand, leerden bij ons uitstekend Nederlands. Dank zij de avsg-methode en het a.a.ac.zc.-talenpracticum, kon je nog amper horen dat zij anderstalig waren. Ik heb steeds enkel Nederlands gesproken bij mijn contacten, drie maal per jaar, in de klassen. Nooit heeft hier iemand problemen over gemaakt! Maar als er een ranzig politiek tintje bijkomt is de situatie misschien anders? Bovendien spreken onze Vlaamse handelaars in de rand, al te graag Frans. Mij n oud-studenten kwamen dan ook regelmatig klagen dat zij de gelegenheid niet kregen om Nederlands te praten in de winkel. Er blijft dan nog de vraag : welk gesproken Nederlands? En dan spreken we nog niet over de revival van de verkeerde didactiek in de lessen!
307 Niveau onderwijs
Deze week was er heel wat te doen over de zogezegde daling van het niveau van ons onderwijs. De enquête werd afgenomen bij 5000 leerkrachten en nog eens 20000 mensen die geen job hebben als leerkracht of docent. Qua representativiteit klopt dit, maar men had beter de leerlingen ondervraagd. Twee op de drie leerkrachten vindt dat het Vlaamse onderwijs steeds minder kwaliteit biedt. Ik ben het daar niet mee eens! Is dit geen opgezet spel, om subsidies binnen te rijven voor omkadering. Mijns inziens moet er dringend meer ingezet worden op de verdere specialisering en bijscholing van de leerkrachten. Want moest dat al zo zijn, ligt het niet aan het gebrek aan doelgerichte nascholing van de leerkrachten ? Het zogezegde verwaarlozen van de doelstelling kennis, als de oorzaak aanduiden, wijst op een gebrek aan vakkennis van de leerkracht. Want die zou moeten weten dat de hoogste doelstelling “het integreren” de lager liggende inhoudt. Dat is dus een voorbeeld van de ogen sluiten voor het probleem en de oorzaak elders zoeken! Laat de beoordeling maar aan objectieve experten over. Dat de oudere leerkrachten het subjectief gevoel van “vroeger was het beter” benadrukken is van alle tijden. Bovendien bieden de nieuwe media voor de leerlingen en de leerkrachten voldoende waarborgen voor een hoger niveau van onderwijs. Maar dan moeten ze efficiënt ingezet worden. En daar wringt het schoentje. Het is gekend dat het onderwijs hopeloos de modernisering na hinkt, zogezegd bij gebrek aan middelen.
308 Nederlands
“Vier op de tien leerlingen in de Rand spreken thuis geen Nederlands”, schreef De Standaard op 25 augustus. Men zou hier een onderscheid moeten maken tussen Franstalige Belgen en Franstalige vreemdelingen en anderstalige vreemdelingen. Want de invasie van vreemdelingen, illegaal en legaal, vertekent de cijfers grondig! Zo ook in Brussel, waar de Franstaligen de meerderheid hebben!? De CVO’s gaan er wat aan doen. Maar met welk Nederlands ? En met welke methode om het aan te leren. Ik herhaal nog maar eens dat : - gesproken Nederlands nooit vastgelegd werd - dat Nederlands opnieuw aangeleerd wordt alsof het Moedertaal is - dat een eigentijdse en efficiënte cursus Nederlands op het 0-niveau nodig is - dat die moet gegeven worden door gespecialiseerde leerkrachten - dat de specialisering grondig moet gebeuren - dat hierin de didactiek van Nederlands aan anderstaligen nodig is - dat die audiovisueel en structureel globaal hoort te zijn
309 Tweetalig
In EOS verscheen een artikel “De kracht van het tweetalig brein”. Ze maken een onderscheid tussen vroegtweetaligen,die beide talen thuis leerden en schooltweetaligen, die les kregen in twee talen. Tweetaligen zijn gewend om een onderscheid te maken tussen inhoud en vorm. Door het mentaal jongleren zijn tweetaligen beter in het negeren van irrelevante informatie en het wisselen tussen verschillende taken. Bialystok bewees dat in 1992 met de ingebedde figurentest. De Stroop-test leverde dezelfde resultaten. Dit alles heeft te maken met automatisering. Piet Van de Craen doet aan de VUB onderzoek naar meertaligheid en onderwijs. Er gaat blijkbaar eenstimulerend effect uit van het actief gebruik van twee talen. Dit prikkelend effect zorgt voor een versteviging van de neuronenbanen en een toename van de grijze materie, de twee basiselementen van het brein. Tweetaligheid centraliseert zich rond het gebied van Broca en Wernicke in de prefrontale kwab. Tweetalige taalverwerving verloopt even moeiteloos, efficiënt ensuccesvol als eentalige taalverwerving.
311 Kwaliteit verdwijnt?
In St.-Gillis (http://www.Amira.be werden met steun van het “Centre d’animation en langues” taallessen gegeven voor kinderen. De subsidiëring van dit initiatief komt in het gedrang. Het in hokjes denken dwingt de Vlaamse Gemeenschap enkel Vlaamse initiatieven te steunen. Eens te meer wordt hier aangetoond dat men het in Brussel over de multiculturele en vooral Europese boeg moet gooien. Dit centrum is helaas in vereffening (http://www.talenfeest.be . Wij werkten met het Audiovisueel Centrum indertijd mee aan het jaarlijkse talenfeest o.l.v. Jean Pierre Gaillez. Het initiatief zou moeten overgenomen worden door Europa. Mijn droom zou daar kunnen verwezenlijkt worden : een Europees talencentrum, dat initiatieven coördineert om de Europese talen snel te leren spreken. Dat volstaat voor het 0-niveau, waar gespecialiseerde leerkrachten het beste van zichzelf kunnen geven. Voor de andere niveaus zijn er voldoende gebruikelijke initiatieven. We kloegen reeds de wildgroei aan! Onderhoudscursussen zouden echter eveneens in een Europees centrum kunnen.
273 Taalunie
De Nederlandse taalunie vierde haar 30ste verjaardag. Prinses Mathilde mocht als Franstalige de Nederlandse taal verdedigen als eregast. De viering stond dan ook in het teken van anderstaligen die Nederlands leren. Zij mocht de nieuwe website “De wereld van de Nederlandse taal” openen. Is het niet hoog tijd dat het “standaard gesproken Nederlands” vastgelegd wordt. Dat zou een reuzenstap voorwaarts zijn in de functionaliteit van het leren van Nederlands aan anderstaligen. En als zij het dan onder elkaar niet eens geraken, kan men het doen zoals met het Engels : 3 officiële versies. Voor Vlaanderen opteerden wij reeds voor het taalgebruik van Martine Tanghe.
274 Website
De website http://dwvdnt.org/frontpage van de Nederlandse taalunie is ronduit prachtig opgebouwd. De overgangen tussen de verschillende delen suggereren een voorbijrazende trein. Dat hindert na een tijdje wel een beetje. Bij “DWVDNT” (d.i. home) staat een zoekfunctie die zeer handig kan zijn. De “geschiedenis” van het Nederlands geeft de mogelijkheid om op basis van een jaartal een feit uit die geschiedenis te halen. De pedagogische feiten lijken mij op het eerste zicht meer te belichten. Bij “Woorden” zou in verband met de gesproken taal het begrip fonemen aan bod moeten komen. Onbegrensd Nederlands geeft dan de geografische situatie van het Nederlands in de wereld weer. In “Ieder zijn Nederlands” spreekt men van “standaardnederlands is overal niet hetzelfde”. Dat is nu echter een probleem. Standaard gesproken Nederlands zou uniek moeten zijn en zou voor eens en voor altijd moeten vastgelegd worden, zoals dat voor het Frans gebeurde. Voor het leren van Nederlands door anderstaligen zou dat al een grote stap voorwaarts zijn! Het éénvormig geschreven Nederlands daarentegen zou eenvoudiger en functioneler kunnen. “Taalkunstenaars” richt zich vooral op literatuur en in het “Kennisstation” vinden we achtergrondinformatie en links voor wie de taal beheerst en verder wil bestuderen. De “Boekenzoeker” lijkt mij een nuttig idee.
De website is prachtig, maar ik mis er wel de pedagogisch – didactische benadering van het Nederlands in. Ik hoop dat bij een grondiger bezoek mij wel verrassingen te wachten staan in die zin.
275 Kind en gezin
Kind en gezin pakte uit met de zogenaamde achteruitgang van het Nederlands bij jonge gezinnen in de rand. Dit is onmiddellijk het sein voor minister Bourgeois om nog een initiatief aan de wildgroei toe te voegen : pictogrammen met eenvoudige woorden, die anderstaligen dan zouden kunnen gebruiken in de omgang. De minister sprak ook over het standaard Nederlands. Wat hij daarmee bedoelde is maar de vraag? Standaard gesproken Nederlands bestaat nog niet. Dat zou werkelijk een reuzenstap voorwaarts zijn, indien ze het daar zouden over eens worden. De volgende stap is een degelijke methode om op het 0-niveau op de snelste wijze te leren spreken. Dat gaat via eenvoudige dialogen, ondersteund door doordacht visueel materieel, met leerkrachten die daarvoor een specifieke training krijgen. Als dat dan grondig aangeleerd en ingeoefend wordt moet het mogelijk zijn om op een trimester de anderstaligen tot vlotte conversatie te brengen in het Nederlands.
316 Spreken
Ik wil nog eens het belang onderstrepen van het vastleggen van een eenduidige uitspraak van het Nederlands voor het efficiënt en snel aanleren op het 0-niveau. In de jaren 60 waren wij goed bezig. De ABN-actie luidde, althans voor Vlaanderen, het standaard gesproken Nederlands in. Maar dat drong helaas niet door tot het onderwijs van het Nederlands aan anderstaligen! Dat verwaterde naar AN en gleed stilaan af naar de situatie van ervoor. Het is dringend deze actie opnieuw op te starten. Er wordt veel belastinggeld verspild aan het Nederlands als vreemde taal. De bloeiende versnippering van het aanbod is daar ook niet vreemd aan. Onze eerste minister is een goede illustratie van het resultaat . Zijn uitspraak had veel beter gekund, mits de juiste aanpak. En dat begint met de vraag : “Welk gesproken Nederlands?” Het is in dit geval dubbel erg, omdat hij burgemeester is van Mons, het mekka van het “Centre de phonétique appliquée” van prof. Renard. Als men hem in het begin Nederlands had aangeleerd met de SGAV-methode, dan had de vlotheid van spreken en het correct taalgebruik geen probleem geweest. Inoefenen met het interactief A.A.AC.ZC. –talenpracticum is misschien nog de enige remedie.
317 Sanako
You’re receiving this email because you have been a member of our previous teacher community, or because you asked to be contacted when the new community is online. Well, we’re almost ready to go, and we wanted to let you know what’s coming up! Our new online teacher community is called The LanguagePoint, and will have a pre-launch at the BETT show in London from 11th – 14th January. We know that time is often the biggest challenge for teachers, so we wanted to create a tool to support teachers with their planning, and allow good ideas to be shared across the globe. The LanguagePoint features an online resource base with space for teachers to find and share teaching materials, along with a forum for asking questions or sharing knowledge and experience. We have resources and ideas which can be used in classrooms both with and without Sanako installations and applications, and which are suitable for students of a range of ages and abilities. If you can’t make it to the BETT show, then we’re officially launching on 23rd January, and we’ll be in touch soon to update you again! In the meantime, why not follow us for updates on Twitter, or like our Facebook page!
318 Belgisch ?
Er was discussie in het parlement i.v.m. de taalexamens voor de rijksmanagers. Ik vind dat tweetaligheid onvoldoende is. België heeft drie officiële talen : Nederlands, Frans en Duits! Als men Belgisch wil zijn hoort men de drie te beheersen. En doe er voor mijn part maar Engels bij, voor de internationale contacten. Het begrip “functionele tweetaligheid” dook ook op. Niemand weet wat dat inhoudt! Bovendien is gesproken Nederlands nooit vastgelegd, le Français standard daarentegen wel! Om hun te helpen krijgen ze dan nog taaladjuncten tot 2012. Voor het Frans sprak men van een norm : even goed als di Rupo Nederlands praat. Dat kan toch niet!? Perfectie is de norm! Het evalueren van de hoogste ambtenaren staat dus op de agenda. Maar wat gaat men evalueren? De gesproken taal lijkt mij primordiaal. Al die halfslachtige oplossingen komen ons de strot uit! Kwaliteitsrevolutie dringt zich dan ook op!
319 Sanako 2
Welcome to The LanguagePoint! A couple of weeks ago you received an email from us about The LanguagePoint, our new online teacher community. Well, it's now open for business at http://www.thelanguagepoint.com, and we’re inviting you take a look! The site is a resource base by teachers, for teachers of all languages – we’ve started by stocking up on resources for English language teaching, but it’s not exclusive to one language, and we’ll be uploading resources in other languages over the coming months. In addition, there’s a place for you to join in discussions or ask questions of other professionals who share your background, and connect with language teachers around the world. We’ve put some resources on The LanguagePoint to get you started, but we’d love for you to share your own with us as well. If there’s something which works with your students and you think other teachers could make use of it too, then there’s a place to upload resources on the Resources page. In any language! We’re offering a prize each week for a featured resource which is uploaded to the site – take a look at our front page for details. And it’s all free! You can browse the site to your heart’s content. If you want to upload or download resources, then you’ll need to register, but it doesn’t cost a thing. Once you’ve registered, you’ll be able to connect with other teachers, post on our forum, and give feedback on resources you’ve found useful. The easiest thing is to head over to the site and take a look around or watch our introductory video. We’re excited to find out what you think – let us know either on the site itself, or on Twitter or Facebook. Best wishes, Marie O'Sullivan Community Manager
320 Divace-Sanako III
The LanguagePoint is een open forum voor leerkrachten talen, die beschikken over een talenpracticum van Sanako. Destijds lieten wij via een offerte de mogelijkheden van ons A.A.AC.ZC.-talenpracticum voorzien in een versie met software voor P.C. Dat gebeurde bij Divace en de software heette lab 300 duo. Ik heb het nooit kunnen uitproberen en vergelijken met de mogelijkheden in de oude apparatuur. Het enige wat ik te pakken kreeg was een handleiding, die niet volgens de regels werd opgesteld. De verbetering werd ingediend. Ondertussen werd Divace overgenomen door Sanako. Ik ga trachten de software te evalueren vanuit de didactische principes van de A.A.AC.ZC. methodiek.
323 Sanako IV
Ik stuurde volgende e-mail naar “The LanguagePoint “ : In 1967 I started the Audio-Visual Center of Meise (Belgium) with a language laboratory, with six languages. I worked out the didactical system for language learning in an interactive situation : Interactive verbal learning processes in the A.A.AC.SC. language laboratory. You can find it on my personal website : http://www.jefldc.webs.com and in Dutch on http://www.everyoneweb.com/cmftacl and on http://www.YouFreeWeb.com/cmfalcl in English. That is the result of about 15 years research on the results of our language laboratory. In 1996 I retired and became president of de commission of the school. At that time we had a Körting installation. We had contact via Mr. Gerlache with Divace in order to have our possibilities on computer. In the beginning I followed the developpement, but I lost contact. I don’t know what happened in my school. They had the system but it didn’t work! I was with mister Gerlache by his visit to different universities in Germany. But I lost contact with him. That’s why I became member of your group. A few time ago, I found via google a website of Divace with the explanation of the so called A.A.C.C. practise. I send an e-mail but they didn’t answer! I would like to have the opportunity to try out and evaluate these language exercises on the principles of the A.A.AC.SC. didactical profile. I believe in the system in which I was part of it. It would be a lost for education if it desappears!
360 Beleidsplan
Op dit ogenblik, worden de beleidsplannen voor de periode 2013-2018 opgemaakt. Voor het volwassenenonderwijs in Meise zou het goed zijn dat eindelijk ernstig en gestructureerd werk wordt gemaakt van een Intergemeentelijk CVO N.W. Brabant. Of Jette daar nog bij kan horen is afhankelijk van de praktische uitwerking en uitvoering van de splitsing van Brussel-Halle-Vilvoorde. De voorwaarden van de start van dit project in 1987 zouden heronderhandeld moeten worden : geen financiële implicaties op de begroting voor huur lokalen en propaganda binnen Brussel. De VGC zou de financiële aderlating vanuit onze begroting naar Jette moeten overnemen. Via een convenant kunnen de gemeentes van N.W.-Brabant participeren op een democratische en volwaardige wijze. Hoe dat gesteld is in de huidige wetgeving is mij niet bekend. Maar met gezond verstand kan naar een formule gezocht worden die iedereen voldoening zou schenken, vooral de studenten en leerkrachten. De didactisch- pedagogische kant heb ik in dit blog voldoende belicht.
361 Mijn taal en ik
In de bijlage van De standaard verscheen een interessante reeks “Mijn taal en ik” over onze taal. Ze bestaat uit 5 delen :
- Nederland versus Vlaanderten
- Groepstalen
- Normen en afspraken
- Verengelsing
- Taal in je hoofd
Er duiken om de haverklap punten op uit het didactisch profiel van eigentijds audiovisueel talenonderwijs aan anderstaligen. Een voorbeeld : 5.14 Dialogen in film zijn prima materiaal om een vreemde taal te leren. Op het 0-niveau is het essentieel te werken met eenvoudige dialogen.
389 Forum
Ons forum in het Engels was een tijdje gesloten. We activeerden het opnieuw : http://www.YouFreeWeb.com/cmfalcl De leerplannen ontbreken nog, want ze moeten nog vertaald worden in het Engels. De Nederlandstalige versie is uitgebreider : http://www.everyoneweb.com/cmftacl En op dit blog vinden jullie de uitgebreide ervaring in het AVCcl Meise (1967-5.8.2008)
390 Psyche en Brein
In het tijdschrift Psyche en Brein worden regelmatig artikelen gepubliceerd over de stand van de wetenschap op dit terrein. Zo beweren de auteurs in het laatste nummer … dat talenkennis een goede training is voor de hersenen. De geestelijke flexibiliteit wordt reeds bij kinderen die tweetalig opgevoed worden bevordert. Op de http://www.fmks.eu vinden we hierover meer. Volwassen tweetaligen lossen problemen beter op dat ééntaligen. Zelfs het risico op dementie op latere leeftijd verkleint als men twee of meer talen beheerst. Allen naar de C.V.O.’s zou ik aanraden! Een evaluatie via confrontatie met ons didactisch profiel levert : + immersion + native speaker + av – features - theorie - geen sprake van dialogen, men heeft het steeds over leren via woorden
394 Start
Ik had een gesprek met een starter Italiaans in een CVO. Vanuit onze didactiek wou ik de huidige stand van zaken een evalueren. Zij krijgen 3 lesuren per week d.w.z. 1 lesbeurt. De avsg-methode vereist minimum 9 lesuren per week om een vreemde taal snel en efficiënt aan te leren. Men kan dit traject inkorten tot 6 lesuren per week als me inoefent met een A.A.AC.ZC-talenpracticum. De resultaten van de korte werkwijze zijn voorspelbaar : traag en inefficiënt, veel afhakers en bovendien vervalt men in lessen theorie zonder enig fundament! Dit oordeel is vernietigend! Ik ben mij daarvan bewust. Maar als men de resultaten voorop stelt in het didactisch proces, kan men niet anders! De student moet vanaf het 0-niveau voldoende gesproken taal geïntegreerd hebben om efficiënt verder te kunnen. En dan zal het leertraject veel korter zijn in zijn globaliteit. Vier maanden is niet overdreven! Dan beheerst men de basis om verder te gaan. Met die geïntegreerde spreek- en luistervaardigheid werkt men met een solide basis. Het aanleren en inoefenen gebeurt op basis van bestudeerde en eenvoudige dialogen. Die worden op een aangename wijze ingedrild, tot iedereen 95 % resultaat boekt. Dat is de enige basis tot vooruitgang bij het verder bouwen!
395 Gamen
Het onderwijs loopt achteruit op de ontwikkelingen van de nieuwe technologieën. Dit was zo in de jaren 60. Het AVC Meise brak met die traditie door het gebruiken van de laatste ontwikkelingen. In EOS 2/2014 verscheen een artikel waarvan ik de voornaamste elementen weergeef : Nu zie je niet anders dan gamen. Die trein mag het modern onderwijs niet missen. Want met een oordeelkundig didactisch ontwikkelen van deze games, vergroot de reikwijdte van de student. Het zijn vooral avontuur, strategie , simulatie en puzzels die gebruikt worden. De student leert exploreren, evalueren, keuzes maken, beslissingen nemen en problemen oplossen. In de wereld van de toekomst zullen afgestudeerden vooral technologisch onderlegd en taalvaardig moeten zijn. Ze zullen complexe systemen moeten begrijpen, kritisch moeten kunnen denken, beredeneerde oplossingen moeten kunnen voorstellen (soms snel en in conflictsituaties) en ondanks vele uitdagingen toch moeten blijven doorzetten. De leerlingen stappen de school binnen met een natuurlijke nieuwsgierigheid naar de manier waarin de wereld functioneert, maar al te vaak wordt dat in het onderwijs gefnuikt! Zelfs gewelddadige actiegames na verloop van tijd de plasticiteit van het brein van de speler en zijn leercapaciteiten kunnen vergroten, dat ze op visuele waarnemingen en op perceptie gebaseerde beslissingen verbeteren, dat ze ervoor zorgen dat de speler minder snel wordt afgeleid en dat ze het vermogen objecten mentaal te ‘roteren’ versterken. (Daphne Bavelier, psychologe Univ. Genève) Het belangrijkste is dat ze de gamers daadkracht verlenen, die zowel in de virtuele wereld als in de echte wereld het verschil kunnen maken. In de VS proberen scholen nu de Common core Standards en de Next Generation Science Standards te implementeren.
396 Games 2
Games moeten een zinvol en goed didactisch onderbouwd deel van de schoolervaring worden. Er wordt hieromtrent druk onderzoek verricht o.a. door MIT Education Arcade met hun game Celebrity Calamity. Historia is een op games gebaseerd geschiedenisprogramma, met Civilisation. MIT Media Lab Scratch ontwikkelde een nieuwe programmeertaal die zelfs kleuters helpt games te maken. Microsoft ontwikkelde Codu Unity, Flash en Java worden gebruikt in Middelbaar en Hoger onderwijs. Sinds Gamestars in 2010 gelanceerd werd werken Nederlandse scholen hiermee. De Belgische blijven achterwege. SimCityEdu past commerciële games toe in educatieve versie. Pearson en de Educational Testing Service ontwikkelden SAT, de test die in de VS gebruikt wordt als toelating om hoger onderwijs te volgen. Valve ontwikkelde een educatieve versie van Portal “Teach with Portals” Games die commerciële en didactische grenzen overschrijden ontwikkelen snel. Minecraft is het beste voorbeeld. CITC startte Upper One Games op o.a. In Never Alone krijgt de speller de rol van een Inupia meisje dat een strijd moet leven om te overleven.
Ik ben het volledig eens met Roger Planckaert uit Roeselare die in een reacatie in Kerk en Leven uithaalt naar het taalgebruik op de VRT. Het geschreven Nederlands is vastgelegd in het groen boekje. Daar wordt te veel tegen gezondigd op alle zenders en het is hoog tijd dat hiertegen wordt opgetreden. Het is een slecht voorbeeld voor onze kinderen. De fouten worden erin gedramd! Maar het gesproken Nederlands is nooit bepaald. In 1967 kon ik geen degelijke cursus gesproken Nederlands kopen voor ons talenpracticum. Gelukkig was er de ABN-actie. Die uitspraak had men toen moeten uitroepen tot het standaard gesproken Nederlands.
399 Duolingo
Er verschijnen om de haverklap nieuwe toepassingen voor talenonderwijs aan anderstaligen. Zo maakte ik kennis met https://www.duolingo.com/mobile
Ik vraag mij af of de A.A.AC.ZC.-didactiek erachter of erbij zit.
401 Chomsky
In E.O.S. verscheen in het nummer 6 van juni 2014 een artikel “Hebben we dan toch geen taalinstinct ? Op grond van recente onderzoek wordt zijn theorie over de universeel ingebouwde grammatica onderuit gehaald. Wij wisten dat al langer . Taal moet in de eerste plaats gesproken worden en als die vaardigheid verworven is, kan men ze theoretisch bestuderen en verfijnen.
405 Advies
De minister van onderwijs wil het niveau van het onderwijs Frans, Duits en Engels opkrikken. Vanuit onze praktijk menen wij dat er eens drastisch verandering en vooral kwaliteitsverbetering moet komen. In het lager onderwijs zou het aanleren van de Franse taal, moeten beperkt blijven tot spreken. Via scenarios’s dagelijks taalgebruik, oefent men het spreken in via de principes van de avsg-methodiek (Zagreb-St.-Cloud-Mons-Meise ) of met de update in het didactisch profiel van het AVC Jos chabert Meise en Jette. Het inoefenen kan met de software van Divace Solo (nu Sanako). http://www. http://www. In het secundair onderwijs onderwijs kan het Frans verder verdiept worden met lezen en schrijven. Hierbij wordt de theorie aangepakt. De derde taal zou Engels moeten zijn. Met Duits komen de meeste studenten nauwelijks in aanraking. Ten bate van het Belgicisme onze derde taal opdringen lijkt ons weinig efficiënt. De meeste federale instellingen en initiatieven hanteren ook meestal geen Duits! Hierbij wordt dezelfde weg gekozen als voor het Frans. Minstens gedurende 1 jaar beperkt men zich tot het spreken via dialogen. En voor onze Moedertaal blijft het nodig het standaard gesproken Nederlands eens en voor altijd vast te leggen (AN-initiatieven van de jaren 60). Als er dan eindelijk een avsg – methode komt of een methode die beantwoord aan ons didactisch profiel is het aanmodderen voorbij!
406 Campagne 2014 Nederlands
De 10de campagne voor het Nederlands werd op gang geschoten door Tom Dehaene onder de slogan “Nederlands leren, simple comme bonjour”. Er wordt weer financiële steun gegeven aan het Huis van het Nederlands voor hulp aan lokale besturen. 30 gemeenten nemen deel en het leidt opnieuw tot wildgroei met O.C.M.W. – initiatieven (taalcoach, onthaalblad en tolkenblad).
Ze willen in de provincie opnieuw 14000 cursisten aantrekken. Deze campagne gaat in samenwerking met het Huis van het Nederlands en V.Z.W. De Rand. Als campagnematerieel worden deze keer markers gebruikt. Men zou beter het geld stoppen in coördinatie van alle initiatieven waar een wildgroei heerst, waar een kat haar jongen niet meer in vindt. Bovendien herhaal ik mijn oproep tot :
- Vastleggen van standaard gesproken Nederlands
- Audiovisuele methode Nederlands aan anderstaligen
- Didactiek talen aan anderstaligen
- Cross mediale mogelijkheid om snel Nederlands te leren spreken en in te oefenen
- Oprichting van een school in Brussel voor enkel Europese talen op het 0-niveau
- Toekenning van een kwaliteitslabel voor initiatieven
- Degelijke coördinatie
407 Psyche en brein
In “Psyche en Brein” nr.5 2014 staat een interessant artikel : “Knoop een taal in je oren” dat onze bevindingen bevestigt en waarvan de orincipes ontsproten In Zagreb en via Parijs en het Centre de phonétique appliquée uit Mons, door ons toegepast werd van 1967 tot 2008. Talen leren aan anderstaligen vereist dat je eerst goed leert luisteren en spreken. In het artikel staat het zo geformuleerd : als we eerst een paar uur onze oren oefenen voor we er ons aan wagen woorden te memoriseren en zinnen te bouwen, kan een taal leren makkelijker worden dan we het ooit durfden dromen. Ze blijven echter vast hangen aan het gebruikelijke taalonderwijs van de universiteiten. Zweer dat eerst af en het wordt nog mooier, zoals ij bewezen! In een van de onderzoeken heeft men de feed-back voordelen ontdekt. Voeg er de interactieve mogelijkheden van ons a.a.ac.zc. –systeem aan toe en we zijn weer verder. Enkele websites die aangeduid werden verdienen nader onderzoek :
http://Rhinospike.com http://Forvo.com http://ankisrs.net http://Fluent-Forever.com/chapter3
408 Taalbarometer 1
De Vlaamse taalbarometer bezorgde ons interessante informatie over de toestand van het Nederlands in Vlaanderen. Vanuit de kwaliteitsverbetering van het volwassenenonderwijs aan anderstaligen, nemen wij dit instrument op de korrel. Positief was alleszins het feit dat er meer Nederlands gesproken wordt in de gezinnen. Laat ons daar dan ook op inzetten. Ik moet echter opnieuw al mijn standpunten herhalen : Zelfredzaamheid houdt in dat de anderstaligen eerst Nederlands kunnen spreken en begrijpen. Dus leer ze zo snel en efficiënt mogelijk spreken! MAAR welk Nederlands. Laat ons voor eens en voor altijd het standaard Nederlands vastleggen. Dat is de eerste stap, die een enorme kwaliteitsverbetering van het volwassenenonderwijs, zal inluiden!
409 Wens
Wij wensen dat in 20015 : onze Moedertaal het gesproken Nederlands eindelijk eenduidig -vastgelegd wordt de avsg methode opnieuw ontluikt de A.A.AC.ZC componenten doorbreken ons didactisch profiel een revival kent er een eigen methode gesproken Nederlands aan anderstaligen opduikt er een Europese talenschool komt waar alle Europese talen aangeleerd worden wij gezond mogen blijven
410 Communiceren
Onderzoek en analyse van gesprekken, de conversatieanalyse, leverde in de jaren 70 eindelijk een aantal inzichten op, die toepasbaar zijn in het vreemde talenonderwijs. In “Ongeschreven regels” EOS 6/2014 staat dat ze ontdekten dat taal een structuur herbergt die grammatica overstijgt en die dieper gaat dan de woorden die we gebruiken en de volgorde waarin we naamwoorden met werkwoorden combineren. Die gespreksinfrastructuur is in alle culturen gelijk. Met gezond boerenverstand wisten we dat al eerder. Bovendien zag twintig jaar eerder de SGAV – methodiek het levenslicht en die was een toepassing van zulke inzichten in het onderwijs aan anderstaligen. De rol van de taal in de alledaagse gesprekken is de meest fundamentele. In 2009 bestudeerden Tanya Stivers, Enfield e.a. aan het Max Planckinstituut via video – opnames van alledaagse gesprekken communicatie. Ze selecteerde 350 vraag en antwoord sequenties. Met dezelfde werkwijze ontstond de audiovisueel – structureel – globale methode van St.-Cloud – Zagreb, waarover we het reeds uitvoerig hadden.
411 Gesprekken
De gemiddelde pauze ligt ronde de 200 milliseconden in gesprekken. Er is echter meer dan de aarzelingen bij de beurtrol. En wij kunnen dat doortrekken naar alle menselijke communicatie. Wij hebben een natuurlijke neiging om verduidelijking te vragen. Voor onze leerplannen is het dus belangrijk om de dialogen van dagdagelijkse eenvoudige gesprekken vast te leggen. Die kunnen dan gebruikt worden voor meerdere talen. Sommige methodes pasten dat reeds toe. Comenius ging al in die richting in zijn tijd. In de “Janua linguarum reserata” bracht hij 800 zinnen samen om Latijn te leren.
412 Spraaktechnologie
Ik ontving van een vriend volgend website-adres
http://www.oddcast.com/home/demos/tts/frameset.php?frame1=talk
Op het eerste gezicht leek Engels naar Engels prima. Maar voor Nederlands is het wat anders!?
413 Google
Met google vertalen gaat het laten uitspreken van wat je vertaalt ook, als je het betreffende icoontje aanklikt.
414 Joos Florquin
In de jaren zestig was Nederlands nog belangrijk voor de VRT! Hier spreekt men Nederlands had de ambitie om op een speelse wijze de kwaliteit van het gesproken Nederlands van de Vlamingen te verbeteren. Hij deed dit met Annie Van Avermaet en Fons Vraeters. ABN – kernen rezen overal uit de grond! De Walen reageerden via La Libre Belgique op hun gekende arrogante wijze met de uitspraak : “C’est une équipe dont le chien est le plus intelligent”. Yves Leterme had gelijk toen hij verklaarde dat ze geen Nederlands willen leren of er te dom voor zijn. Dat geldt slechts voor een deel van hen. Er zijn veel Walen die het anders zien! Marc Galle vervulde dezelfde rol op de radio met zijn taalwenken in “Voor wie haar soms geweld aan doet. Toen in 1974 na 1000 succesrijke afleveringen het programma op TV afgevoerd werd, zette Joos Florquin zijn in spanningen verder via “Ten huize van .”. Hier bracht hij ruim 250 vertegenwoordigers van de intelligentsia voor de buis. Het is hoog tijd dat men hier opnieuw iets voor doet! Want de anderstaligen weten n iet meer welk gesproken Nederlands nu juist is!
415 App
Op www.sanakao.be kun je een app downloaden in hun aanbod van talenpractica. Of ze ook de A.A.AC.ZC. mogelijkheden bevatten gaan we uitzoeken, want dat zou een grote stap voorwaarts zijn in de kwaliteitsrevolutie van het talenonderwijs aan anderstaligen!
427 Taaloverlevingskit in drie delen :
- Baby’s 2010
- Peuters 2011
- Kleuters
De gedeputeerde voor Vlaams karakter nam dit initiatief . Je vindt ze in de bibliotheken.
Hints voor kwaliteitsverbetering :
Er zou rekening moeten gehouden worden met de basiswoordenlijst NeclI Het visuele aspect via tekeningen en foto’s kan beter Vertalingen in alle Europese talen of meer ? Doelgroep ? Begeleiders of migranten Niveau ? baby’s – peuters - kleuters op het 0-niveau Standaard Nederlands en geluidsmaterieel ? Een verdienstelijke poging!
428 EU Referentiekader
niveaus talen aan anderstaligen? http://www.erk.nl/docent/materialen/
429 C.T.F.
Er zou een centrum moeten komen voor toegepaste fonetiek. In Mons bestond dat vanaf de jaren 60. Dit centrum lag aan de basis van de ontwikkeling bij ons van de Audiovisuele Structureel globale methode voor talen aan anderstaligen. Zij was gebaseerd op fonetiek. Een andere taal leer je vanaf het 0 – niveau met klank en beeld. Als je enkel dat doet is dat de efficiëntste en snelste weg!
- Klank en beeld
- Fonemen
- PPT
- APPS
- Dialogen
- Aanleren
- Inoefenen
430 Maria Theresia
In 1755 gaf Aartshertogin Maria Theresia opdracht om alle edicten ook in het Nederlands uit te vaardigen. Zij liet in 1777 de Vlaamse provincies boeken in onze taal drukken.
433 Dubbben
Ik ergerde mij aan het dubben in het Nederlands van de H.Mis op O.H.Hemelvaart vanuit Mendrisio in het Italiaans. Het gedemt Nederlands overheerste het Italiaans. Zou de VRT niet beter de mogelijk heid voorzien om dat dubben uit te schakelen. Dan kan dat gevolgd worden in de originele taal.
Ondertiteling zou ook moeten uitgeschakeld kunnen worden. Want onwillekeurig gaat men lezen, omdat dat 8 maal sneller gebeurt dan luisteren.
Kwaliteitsverbetering eindigt nooit en gebeurt via kleine dingen!
439 Spelling
Reeds op 20 juni 1844 werd het Koninklijk Besluit genomen waarbij de spelling van het Nederlands in ons land gelijkgesteld werd aan de officiële spelling van Nederland. De uitspraak werd nog steeds niet vestgelegd in standaard Nederlands !?
440 Roets
2.8 Geen boek heeft de Nederlandse taal zo beïnvloed als de Statenbijbel uit 1637, wellicht ook omdat er vertalers uit alle Nederlandse gewesten werden gerecruteerd, waaronder de Vlamingen Baudartius en Walaeus. 3.8. Loteling A. De Vos schreef omstreeks 1860 dat er militaire geneesheren waren die “evenmin de taal van de Vlaming verstaan als ’t gegrol van een ziek varken”. De Vos werd later militair arts.
441 STEM
Leren programmeren is even belangrijk als leren lezen, schrijven en rekenen ? STEM staat voor Science, Technologie, Engineering,Mathematics. Computationeel denken , de vaardigheid om een probleem op een abstracte wijze op te lossen, zou op zeer jonge leeftijd kunnen bijgebracht worden. Het gebeurt reeds in Amerika en elders volgden reeds experimenten. Kleuters kunnen via Scratch, een grafische programmeertaal, blokjes met eenvoudige opdrachten verslepen en in de juiste volgorde zetten. Zo kunnen ze animatiefiguurtjes op het scherm laten bewegen. Computerwetenschapper Samaey van de K.U. Leuven experimenteert reeds in Tielt. Coder Dojo werd door Martine Tempels, voorzitter van het STEM-platform naar België gebracht. Maar een structureel kader ontbreekt voor de invoering van computerwetenschappen op school.
442 Voertaal
Het schooljaar 1909 – 1910 werd het St. - Hubertuscollege in Neerpelt en het Kruisherencollege in Maaseik volledig Nederlandstalig. De wet van 3.8.1883 voerde het Nederlands in Vlaanderen als voertaal in voor een aantal vakken in de staatsscholen. Ook het Normaalonderwijs (leerkrachtenopleiding) werd verplicht Nederlandstalig.
461 Nederlands spreken
De studenten van CVO Halle-Rode trokken rond in de winkels van Halle om Nederlands te oefenen. Zij roepen met alle CVO's de handelaars op om enkel Nederlands te spreken tegen anderstaligen. Want dat is een leerrijke en praktische oefening. Want men kan niet genoeg oefenen! Nederlands leer je door het te spreken. De handelaars schakelen te snel over, meeestal naar het Frans, als het wat moeizaam gaat. Ze hebben ook soms schrik om Franstalige klanten te verliezen. Deze mogen echter wat meer respect betonen voor de streektaal!
'
Maak jouw eigen website met JouwWeb